Week 49 - Grammatica- klas 1

Grammatica
Cursus 5 - Grammatica
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

Grammatica
Cursus 5 - Grammatica

Slide 1 - Slide

Doelen deze week:

Lesdoelen:
- Je leert de persoonsvorm en zinsdelen in een zin vinden. (ZD)
- Je leert het onderwerp in een zin vinden. (ZD)




Slide 2 - Slide

Grammatica

Zinsdelen (ZD)                                                                Woordsoorten 

Slide 3 - Slide

Zinsdelen
1. Persoonsvorm
2. Onderwerp
3. Werkwoordelijk gezegde
4. Lijdend voorwerp
5. Meewerkend voorwerp
6. Bijwoordelijke bepaling

Slide 4 - Slide

Persoonsvorm
  • De zin vragend te maken.
    Het eerste woord is de persoonsvorm.
Ik mag mijn jas aantrekken. 

  • De zin in een andere tijd te zetten. 
    Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm.
Jullie werken hard tijdens de les.

Slide 5 - Slide

Zinsdeelproef 
Onderstreep de persoonsvorm  
Met mijn laatste krachten rende ik over de finish tijdens de marathon van Rotterdam. 
Zet strepen voor en na de persoonsvorm
Met mijn laatste krachten rende | ik over de finish tijdens de marathon van Rotterdam. 
Kijk welke woorden je voor de persoonsvorm kunt zetten om er een kloppende zin van te maken. 
> Ik rende | met mijn laatste krachten over de finish tijdens de marathon van Rotterdam.
> Over de finish | rende | ik met mijn laatste krachten tijdens de marathon van Rotterdam . 
> Tijdens de marathon van Rotterdam | rende | ik met mijn laatste krachten over de finish. 
Zet zinsdeelstrepen voor en na elk zinsdeel dat je hebt gevonden. 
Met mijn laatste krachten | rende | ik | over de finish | tijdens de marathon van Rotterdam. 

Slide 6 - Slide

Onderwerp

Zoek het onderwerp (ow).
Wie of Wat + de persoonsvorm.

Onderwerp
Zin                                          Wie / Wat +pv    Onderwerp
Wij gaan brood kopen. → Wie gaan? →     Wij

Slide 7 - Slide

Terugblik leerdoelen

Lesdoelen:
- Je leert de persoonsvorm en zinsdelen in een zin vinden. (ZD)
- Je leert het onderwerp in een zin vinden. (ZD)



Slide 8 - Slide

LES 1 
Reflectie Nederlands
Wat
- Enquête invullen over het vak Nederlands en je docent.
Hoe
- Ga naar www.jouwmening.nu
- Log in met de code: GIIDPVSE
- Geef eerlijk antwoord op alle vragen. 
- Ben je klaar? Kijk dan eens naar de eerste § van Cursus 5 - Grammatica. Welke zinsdelen en woordsoorten ken jij al goed? 
Tijd
Ongeveer 15 minuten
Hulp
Heb je een vraag? Steek je hand dan even op. Ik kom naar je toe.
Resultaat
Ingevulde enquête over het vak Nederlands en je docent.
Klaar?
Als iedereen klaar is en er is tijd over, gaan we samen een Kahoot doen over grammatica - zinsdelen. 

Slide 9 - Slide

LES 2
Grammatica
Wat
- Spel spelen om meer gevoel voor zinsdelen te krijgen. Het spel heet 'opleggertje'. 
Hoe
1. Het spel wordt gespeeld in een groepje van vier leerlingen.
2. Iedereen krijgt een aantal kaartjes. Op de kaartjes vind je zinsdelen. 
3. Om de beurt mag je een kaartje opleggen en zorgen dat het goede zin wordt. 
4. Diegene die als eerste al zijn kaartjes kwijt is, wint!
5. Je speelt net zoveel potjes als er tijd is. Hussel alle kaartjes weer goed en deel ze opnieuw uit. 
Tijd
20 minuten
Hulp
- Vraag je docent om hulp als je er niet uitkomt!
Resultaat
- Kennismaken met de verschillende zinsdelen. 
Klaar?
We sluiten de les gezamenlijk af!

Slide 10 - Slide

LES 3 
Grammatica
Wat
- Oefentoetsen maken grammatica §1 en §3 van Cursus 5 - Grammatica 
Hoe
1. Ga naar Nieuw Nederlands (via Mijn Innova). Klik op Cursus 5 - Grammatica. 
2. Je maakt tijdens dit blokje twee oefentoetjes van acht vragen. 
3. Je werk in stilte beide toetsjes door. Begin met §1 Persoonsvorm en zinsdelen. 
4. Ben je klaar? Klik dan op de volgende oefentoets §3 Onderwerp.
Tijd
20 minuten
Hulp
- Steek je vinger op in stilte. De docent komt je helpen. 
Resultaat
- Vrijstelling van de paragraaf, wanneer je boven de 80% scoort. 
Je maakt dan enkel  dan een opfriscursus. 
Klaar?
Werk verder aan je opdrachten voor Nederlands. 

Slide 11 - Slide

KEUZEMENU

Keuze 1

- Oefentoets §1 en §3 af!
- Werk aan je opdrachten van Nederlands online. 
§ 5 - Grammatica. 
Weektaak: §1 en §3 af!










Keuze 2


- Extra instructie over de persoonsvorm en het onderwerp. 



Slide 12 - Slide