Les 6. Ziekten van het zenuwstelsel

1 / 21
next
Slide 1: Slide
AFPMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat betekent de afkorting CVA?

Slide 3 - Open question

This item has no instructions

Wat houdt een CVA in? En welke vormen kennen we?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Welke opmerking is waar?
A
Een CVA komt meer voor bij mannen
B
Een CVA is de meest voorkomende neurologische aandoening
C
Een CVA is de belangrijkste oorzaak voor invaliditeit
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

De voornaamste oorzaak van een infarct is
A
Anemie
B
Trauma
C
Atherosclerose
D
Zuurstoftekort

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

(C)erebro (V)asculair (A)ccident

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen een infarct en een bloeding?

Slide 8 - Open question

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen een CVA en een TIA?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions

Wat zijn risicofactoren voor het ontwikkelen van een CVA?

Slide 10 - Mind map

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn de verschijnselen van een CVA?

Slide 12 - Mind map

This item has no instructions

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Hoofdpijn is vooral kenmerkend bij een
A
Infarct
B
Bloeding

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Zowel een infarct als een bloeding zijn goed te behandelen
A
Juist
B
Onjuist
C
Onjuist, alleen een infarct mits dit binnen 4,5 uur gebeurt
D
Onjuist, alleen een bloeding mits dit binnen 4,5 uur gebeurt

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Slide 16 - Video

This item has no instructions

Welke vorm komt het meest voor?
A
Infarct
B
Bloeding

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Een zorgvrager heeft na een beroerte krachtsvermindering en sensibiliteitsverlies in haar linkerarm en -been. Aan welke kant heeft een CVA plaatsgevonden?
A
Links
B
Rechts

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Afasie, apraxie en agnosie

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Met welke disciplines kun je te maken krijgen?

Slide 20 - Mind map

Bijv. fysiotherapie, logopedie en ergotherapie 
Aan de slag in Padlet

Maak 4 groepjes en ga naar de onderstaande link:
https://padlet.com/annikaspeelman/kg45gve5asukaliu

Groepje 1: ziekte van Parkinson
Groepje 2:  epilepsie
Groepje 3: Multiple Sclerose
Groepje 4: dwarslaesie

Vertel zoveel mogelijk over de aandoening!

Als laatst formuleer je 2 vragen die klasgenoten kunnen beantwoorden ter verdieping van de theorie.




Slide 21 - Slide

This item has no instructions