Cijfers en getallen

Welkom B2C
Ga rustig op je plaats zitten en leg alvast je boeken, schrift, etui op tafel.
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 31 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom B2C
Ga rustig op je plaats zitten en leg alvast je boeken, schrift, etui op tafel.

Slide 1 - Slide

Vandaag
Programma:
  • Check in 5'
  • Lesdoel
  • Opdracht 1  pp. 120 van je oefenboek klassikaal 5'
  • Uitleg cijfers en getallen 15'
  • Aan de slag

Slide 2 - Slide

Check-in

‘Wat hindert jou vandaag om met je volle aandacht aanwezig te zijn?’ 

Slide 3 - Slide

Cijfers en getallen
Doel: Je leert hoe je getallen juist spelt 

Slide 4 - Slide

(Klassikaal)opdracht 1 pp.120 OB
  • Vier?
  • 4
  • 120
  • Honderdtwintig 
  • Cijfers zijn altijd een getal , maar een getal is niet altijd een cijfer?
  • Een cijfer is een teken en een getal  is opgebouwd uit cijfers. Bijv. -5 is een getal maar geen cijfer!

Slide 5 - Slide

Cijfers en getallen
Getallen in letters of cijfers:
  • In zinnen en langere teksten schrijf je getallen tot en met twintig, tientallen, en ronde getallen met honderd, duizend, miljoen, miljard, enzovoort, in letters ->Er waren meer dan zevenhonderd mensen; ze was de duizendste klant.
  • Cijfers als het gaat om een datum, jaartal, temperatuur, gewicht, maat, bedrag of snelheid -> Wordt het weer 40 graden deze zomer?
  • Als er andere cijfers in dezelfde zin staan, gebruik dan voor alle getallen cijfers ->100 jaar keer 365 dagen is 36.500 dagen.
  • Soms worden cijfers en letters gecombineerd bij getallen met miljoen en miljard ->Die voetballer is 20 miljoen euro waard. 

Slide 6 - Slide

Cijfers en getallen
Getallen voluit schrijven:
  • Getallen in letters schrijf je aan elkaar-> achttien; vierhonderdvijftig
  • Alleen na het woord duizend en voor én na miljoen en miljard komt een spatie ->negen miljard twaalf miljoen tweeduizend tien
  • Bij klinkerbotsing schrijf je een trema, geen koppelteken ->tweeënhalf 

Slide 7 - Slide

Cijfers en getallen
Samenstelling met cijfers en getallen:
  • Een samenstelling met een getal in letters schrijf je volgens de regels voor samenstellingen->vierkant; eerstejaars
  • Na een getal in cijfers schrijf je een koppelteken -> 22-jarige
  • Als een woord na een cijfer een samenstelling is, dan komt er een spatie tussen het getal en de samenstelling -> 4 meiherdenking; 6 VWO-leerling

Slide 8 - Slide

Werken aan de opdracht
Wat? Maak opdracht 2 t/m 7 op bladzijde 120-121 van je oefenboek
Hoe? Zelfstandig en stil
Tijd? Tot het einde van de les (het is huiswerk voor 13/6 )
Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs
Klaar? Oefenen in Numo (spelling/werkwoordspelling) 

Slide 9 - Slide

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: donderdag 13/6
  • Huiswerk: maken opdracht 2 t/m 7 op bladzijde 120 van je oefenboek. Oefenen in Numo (spelling/werkwoordspelling)
  • Meenemen: laptop, lesboeken, schrift, etui
  • Programma: nakijken opdracht 2 t/m 7 van je OB. Oefenen in Numo

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Welkom B2C
Ga rustig op je plaats zitten en leg alvast je laptop, lesboeken, schrift, etui op tafel.

Slide 12 - Slide

Vandaag
Programma:
  • Lesdoel
  • De ene helft van de klas gaat opdrachten nakijken en andere helft gaat werken in Numo daarna wisselen we om (10')
  • Aan de slag

Slide 13 - Slide

Cijfers en getallen
Doel: Je leert hoe je getallen juist spelt 

Slide 14 - Slide

Nakijken huiswerk of werken in Numo
Opdracht 2 t/m 7 pp. 120-121 van je oefenboek
timer
10:00

Slide 15 - Slide

Aan de slag
Wat? Maak werkblad 1 en 2
Hoe? Zelfstandig en stil
Tijd? Tot het einde van de les (het is huiswerk voor 14/6 )
Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs
Klaar? Numo

Slide 16 - Slide

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: vrijdag 14/6
  • Huiswerk: Maak werkblad 1 en 2 af.  Extra oefenen: opdrachten in Numo
  • Meenemen: leesboek, schrift, etui. Je hoeft lesboeken niet mee te nemen
  • Programma: lezen, nakijken werkblad 1 en 2. 

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Lezen

Slide 19 - Slide

Vandaag
Programma:
  • Lezen (30')
  • Nakijken  werkblad 1 en 2

Slide 20 - Slide

Nakijken
Werkblad 1 en 2

Slide 21 - Slide

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: maandag 17/6
  • Huiswerk: Lezen handboek pp. 202-205. 
  • Meenemen: laptop, lesboeken, schrift, etui
  • Programma: Klassikaal opdracht 1 pp. 122.  Uitleg hoofdletters en leestekens en eventueel aan de slag met opdrachten.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Je weet voor de spellingtoets:

...wat het verschil is tussen de ik-vorm en de stam van een werkwoord
...wat sterke en zwakke werkwoorden zijn
...hoe je de persoonsvorm in de tt en vt spelt
...hoe je het voltooid deelwoord spelt
...hoe je het meervoud van zelfstandige naamwoorden schrijft
...hoe je het bijvoeglijk naamwoord schrijft
Je weet wanneer je een tussen -n schrijft in samenstellingen
Je kunt getallen correct spellen
Je weet wanneer je een hoofdletter schrijft
Je weet wanneer je welk leesteken schrijft

Slide 24 - Slide

Welkom B2C
Ga rustig op je plaats zitten en leg alvast je boeken, laptop, schrift, etui op tafel.

Slide 25 - Slide

Vandaag
Programma:
  • Lesdoel
  • Opdracht 1  pp. 120 van je oefenboek klassikaal 5'
  • Uitleg ... 15'
  • Aan de slag

Slide 26 - Slide

Check-in

‘Wat hindert jou vandaag om met je volle aandacht aanwezig te zijn?’ 

Slide 27 - Slide

Cijfers en getallen
Doel: Je leert hoe je getallen juist spelt 

Slide 28 - Slide

(Klassikaal)opdracht 1 pp.120 OB
  • Vier?
  • 4
  • 120
  • Honderdtwintig 
  • Cijfers zijn altijd een getal , maar een getal is niet altijd een cijfer?
  • Een cijfer is een teken en een getal  is opgebouwd uit cijfers. Bijv. -5 is een getal maar geen cijfer!

Slide 29 - Slide

Werken aan de opdracht
Wat? Maak opdracht 2 t/m 7 op bladzijde 120-121 van je oefenboek
Hoe? Zelfstandig en stil
Tijd? Tot het einde van de les (het is huiswerk voor 13/6 )
Vragen? Steek je hand op en ik kom bij je langs
Klaar? Oefenen in Numo (spelling/werkwoordspelling) 

Slide 30 - Slide

Afsluiting en vooruitblik
Volgende les: donderdag 13/6
  • Huiswerk: maken opdracht 2 t/m 7 op bladzijde 120 van je oefenboek. Oefenen in Numo (spelling/werkwoordspelling)
  • Meenemen: laptop, lesboeken, schrift, etui
  • Programma: nakijken opdracht 2 t/m 7 van je OB. Oefenen in Numo

Slide 31 - Slide