a ’s Avonds in de schemering komt op de Veluwe de rugstreeppad tevoorschijn.
b Op de markt zie je allerlei ‘vergeten groenten’ zoals pastinaken en aardperen.
c ‘Heb jij ook zo’n zin om te gaan zwemmen?’ vroeg Jelles broertje.
d De plaatsnaam ’s-Gravenhage ontstond pas later dan de plaatsnaam Den Haag.
e ’t Zal mij benieuwen hoe die zogenaamde ‘supersterren’ er zonder plamuur uitzien.
f ‘Hans’ vader heet ook Hans,’ vertelde ze, ‘maar z’n opa heette Han.’
g M.i.v. 11 december begint de nieuwe dienstregeling van de NS