What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Week 50 - les 1
Mardi 8 décembre 2020
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
80 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Mardi 8 décembre 2020
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Qu'est-ce qu'on va faire?
* Répéter bloc E (Quizlet)
* Bloc F: lire
* Bloc H: la grammaire
* Au travail!
* Discuter le contrôle
Proefwerk chapitre 3: 20 januari 2021!
Slide 3 - Slide
Bloc F (p. 120)
- Ex. 23a: individuel
- Lisez le texte globalement, après ex. 24a en classe
- Lisez le texte intensivement
* Faites ex. 24b, 25 et 26ad
* Temps: 10 minutes
* Travail individuel ou à deux
Slide 4 - Slide
Bloc H
Titel:
het bezittelijk voornaamwoord
Voorbeelden in het Nederlands: mijn, jouw, zijn, haar, ons/onze, jullie, uw, hun.
Het staat altijd voor een zelfstandig naamwoord.
Jouw huiswerk, mijn etui, zijn pen.
Slide 5 - Slide
Wat is het bezittelijk voornaamwoord in deze zin?
Mon copain est Pierre.
A
Mon
B
copain
C
est
D
Pierre
Slide 6 - Quiz
Wat is het bezittelijk voornaamwoord in deze zin?
C'est ma prof.
A
C'est
B
ma
C
prof
Slide 7 - Quiz
Wat is het bezittelijk voornaamwoord in deze zin?
Ce sont mes copains.
A
Ce
B
sont
C
mes
D
copains
Slide 8 - Quiz
Wat betekenen de woorden in hoofdletters?
MON copain est Pierre.
C'est MA prof.
Ce sont MES copains.
Slide 9 - Open question
Hoe zit het nou?
3 vormen voor mijn:
Mon - daarachter komt een mannelijk enkelvoud woord.
Ma - daarachter komt een vrouwelijk enkelvoud woord.
Mes - daarachter komt een meervoudswoord.
Je kijkt dus altijd naar het geslacht van het woord dat erachter komt.
Slide 10 - Slide
Ev. man.
Ev. vrouw.
Meervoud
mijn
m
on
m
a
me
s
jouw
t
on
t
a
te
s
zijn/haar
s
on
s
a
se
s
ons/onze
notre
notre
no
s
jullie/uw
votre
votre
vo
s
hun
leur
leur
leur
s
Slide 11 - Slide
Let op!
Als het woord dat erachter komt vrouwelijk is en begint met klinker of h, dan krijg je bij mijn/jouw/zijn/haar geen ma/ta/sa maar
mon/ton/son
.
Voorbeeld: haar vriendin = son amie (ipv sa amie).
Slide 12 - Slide
Vul in:
... devoirs
A
mon
B
ma
C
mes
Slide 13 - Quiz
Vul in:
... classe
A
ton
B
ta
C
tes
Slide 14 - Quiz
Vul in:
... cours
A
notre
B
nos
Slide 15 - Quiz
Vul in:
... cantine
A
son
B
sa
C
ses
Slide 16 - Quiz
Vul in:
... note
A
ton
B
ta
C
tes
Slide 17 - Quiz
Vul in:
... orange (vrouwelijk)
A
mon
B
ma
C
mes
Slide 18 - Quiz
Au travail!
* Faites ex. 30cde, 31acd et 32a.
* Travail individuel ou avec le prof!
* Temps: 15 minutes
* Questions? Posez-les.
* Après: discuter le contrôle
Slide 19 - Slide
Discuter le contrôle
On va discuter le contrôle par exercice.
Questions? Posez-les!
Slide 20 - Slide
Slide 21 - Slide
More lessons like this
Week 51 - les 1
December 2023
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Week 20 - les 2
May 2021
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Week 48 - les 2
November 2022
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Week 14 - les 2
November 2022
- Lesson with
15 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Week 47 - les 2
November 2022
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Week 49
November 2020
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Week 50 - les 2
November 2022
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Week 8 - les 1
November 2022
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1