Achterhoeks Dialect

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo, mavo, havo, vwoLeerjaar 1-4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Een Achterhoekse Woordenschat Test

Slide 2 - Slide

Wat is moes?
A
witlof
B
stamppot
C
boerenkool
D
Een koolmees

Slide 3 - Quiz

Wat is krange?
A
ziek
B
binnenste buiten
C
kater
D
wind

Slide 4 - Quiz

Wat betekent leuchten
A
het bliksemt
B
iets legen
C
je hart luchten
D
een tukkie doen

Slide 5 - Quiz

Wat is pröttel
A
appels
B
aardappelen
C
het pruttelen van een pan op het gasfornuis
D
rommel

Slide 6 - Quiz

Wat is een bolle?
A
een stier
B
een bierglas
C
een wijnglas
D
een beer, een mannetjes varken

Slide 7 - Quiz

Wat is een huulbessem?
A
een huilebalk
B
een watje
C
een stofzuiger
D
een bezem

Slide 8 - Quiz

Wat is een briggel ?
A
een persoon met ADHD
B
een Achterhoekse snack
C
een bakker
D
een druktemaker

Slide 9 - Quiz

Wat is blökken?
A
studeren
B
spelen in de bouwhoek van een kleuterklas
C
hout kloven
D
hoesten

Slide 10 - Quiz

Wat bunt dikköppe ?
A
kikkervisjes
B
jonge koeien
C
alcoholisten
D
politici

Slide 11 - Quiz

Wat is mieterig?
A
Ik wil de Mie terug
B
boos
C
teveel betaalde huur terug vragen
D
De rug van een gespierd persoon

Slide 12 - Quiz

Wat is een migampe?
A
een mier
B
een wesp
C
een mug
D
een strontvlieg

Slide 13 - Quiz

Wat is een gaffeltange?
A
een nietmachine
B
een oorwurm
C
een snoeischaar
D
een "bitch"

Slide 14 - Quiz