8. 2 okt: Schrijfopdracht (1d) + Taalg: 14

Op tafel: 
- map
- pen
- laptop (NUMO)
- Handboek
Welkom vwo 2!
timer
2:30
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Op tafel: 
- map
- pen
- laptop (NUMO)
- Handboek
Welkom vwo 2!
timer
2:30

Slide 1 - Slide

Numo inloggen
Naam: leerlingnummer
Wachtwoord: j+leerlingnummer 

Aan de slag met NUMO
timer
10:00

Slide 2 - Slide

Klap je laptop dicht
We gebruiken de laptop niet meer deze les. 

Slide 3 - Slide

Vandaag dinsdag 2 oktober:
  • Numo: al gedaan
  • Huiswerk nakijken
  • Schrijfopdracht

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

  • a. Madelief is boos omdat haar moeder zo lang weg is geweest en niet naar haar dochter heeft omgekeken.
  • b Bijvoorbeeld: Madeliefs reactie is niet ‘braaf’ te noemen. / Madelief neemt geen blad voor de mond. / Madelief voelt zich vrij haar gevoelens te delen.
  • c Madeliefs moeder gaat met haar dochter in gesprek. Ze zegt niet dat Madelief niet zo brutaal mag zijn, maar probeert uit te leggen wat er aan de hand was.
  • d Hendrik vindt Madelief waarschijnlijk heel brutaal. Hij vindt het normaal om te doen wat volwassenen zeggen en om daar niet tegenin te gaan.

Slide 6 - Slide

Ruil je schrift met je buur. 
Geef antwoord op de vragen. Schrijf het antwoord in het schrift van je buur: 

1. Wat is de moraal van het verhaal van je buur? 
2. Heeft je buur een modeltekst geschreven? Geef 2 dingen die goed gaan. Geef 1 ding dat beter kan.  
Modelkinderen zijn kinderen die een rolmodel/voorbeeld zijn voor anderen. Weet je nu wat een modeltekst is? 
timer
4:00

Slide 7 - Slide

Leerdoelen
  • Je kent de stappen voor het schrijven van een verhaal. 
  • Je leert om een boodschap over te brengen in een verhaal. 

Slide 8 - Slide

Schrijven in stappen (handboek pg 70)
  1. Voorbereiden
  2. Schrijven
  3. Evalueren

Slide 9 - Slide

Voorbereiden
Verzamel ideeën over je onderwerp;
Denk na over wát je wilt vertellen en aan wie;
Denk na over de structuur van je tekst (Handboek pg 50).

Slide 10 - Slide

Schrijven
Bedenk wat de lezer wil weten en schrijf dat op. 
Geef informatie in een logische volgorde
Verdeel de tekst over alinea's en hoofdstukken

Slide 11 - Slide

Evalueren
Vraag een ander om je tekst te lezen en specifiek te zoeken naar foutjes;
Verbeter je fouten;
Kijk of je zinnen nog beter kunt formuleren;
Besteed aandacht aan de vorm/lay-out

Slide 12 - Slide

Schrijven, schrijven, schrijven... 
Maar over wat? 

Jeugdjournaal bekijken om ideeën op te doen!

Er wordt verteld over 3 nieuwitems. Straks schrijf je een tekst over een van die items. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Jeugdjournaal (1 okt)
Nieuwsitem-ideeën: 
  1. Libanon-Israël-conflict
  2. Rutte als baas van de NAVO
  3. Cruiseschip voor drie jaar op vakantie

Slide 15 - Slide

Aan de slag met voorbereiden 
Schrijf de antwoorden in je schrift:

  • Waarover wil je schrijven? Kies een van de items. Schrijf in steekwoorden waar je over gaat schrijven.
  • Voor wie schrijf je de tekst?
  • Wat soort structuur gebruik je in je tekst? Zie Handboek pg 50.

timer
5:00

Slide 16 - Slide

Aan de slag met schrijven 
Schrijf de antwoorden in je schrift:

  • Wat is interessant voor de lezer om te weten? Schrijf dat op.  
  • Schrijf informatie in een logische volgorde
  • Verdeel de tekst over alinea's. 

timer
12:00

Slide 17 - Slide

Aan de slag met evalueren 1
Schrijf op in het schrift van je buur

  • Geef je schrift aan een buur. 
  • De buur gaat op zoek naar fouten. 
  • Let op: 
  • Spelling, grammatica en of zinnen elkaar logisch opvolgen. 


timer
4:00

Slide 18 - Slide

Aan de slag met evalueren 2
Schrijf de antwoorden in je schrift:

  • Verbeter de fouten die je van je buur terugkrijgt;
  • Kijk of je zinnen nog beter kunt formuleren;
  • Besteed aandacht aan de vorm/lay-out. 
  • Geef een alinea een kopje (titel). 


timer
5:00

Slide 19 - Slide