2.4 Rekenen met eenheden (1)

2.4 Rekenen met eenheden
1 / 15
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

2.4 Rekenen met eenheden

Slide 1 - Slide

Deze les
  • Wat kunnen jullie al?

  • Aan de slag!

Slide 2 - Slide

Leerdoelen van deze les
- Je leert hoe je eenheden moet omrekenen, of je weet dit al. 
- Je leert hoe je moet afronden op het juiste aantal significante cijfers.

Slide 3 - Slide

Grootheden en eenheden
  • Grootheid: een gegeven dat gemeten kan worden
  • Eenheid: de waarde van de grootheid, dit zet je achter het gemeten getal.

  • SI eenheden: Internationaal stelsel van eenheden 

    Slide 4 - Slide

    SI-eenheden

    Slide 5 - Slide

    Eenheden omrekenen
    Eenheden kun je omrekenen.
    Zo kan je van cm omrekenen naar meter.


    Slide 6 - Slide

    Omrekenen van eenheden
    Hoeveel meter zit er in een hectometer?
    A
    10
    B
    20
    C
    100
    D
    200

    Slide 7 - Quiz

    Wat is een grootheid?
    A
    De maat waarin je iets meet
    B
    hetzelfde als een eenheid
    C
    Alles wat je kunt meten
    D
    een reeks getallen

    Slide 8 - Quiz

    Wat is geen grootheid
    A
    snelheid
    B
    meter
    C
    gewicht
    D
    lengte

    Slide 9 - Quiz

    Wat is een grootheid?
    A
    Lengte
    B
    Meter
    C
    Kilo
    D
    Liter

    Slide 10 - Quiz

    Wat is GEEN grootheid?
    A
    Oppervlakte
    B
    Inhoud
    C
    Temperatuur
    D
    meter per seconde

    Slide 11 - Quiz

    Een eenheid is....
    A
    Een eigenschap van iets die je kunt meten
    B
    De maat waarin je iets kunt meten
    C
    Hoe groot iets is

    Slide 12 - Quiz

    Wat is GEEN eenheid?
    A
    Kilogram
    B
    Are
    C
    Licht
    D
    Liter

    Slide 13 - Quiz

    Wat is geen grootheid?
    A
    km/uur
    B
    gewicht
    C
    lengte
    D
    breedte

    Slide 14 - Quiz

    Aan de slag!
    Maak 2.4 opdr. 51-59 (blz. 58) 54 mag je overslaan.

    Huiswerk: Afmaken 2.4 opdr. 51-59 (blz. 58)





    Slide 15 - Slide