4.3 Wolken en neerslag

Hoofdstuk 4 Het weer

Hoofdstuk 4 Het weer (NASK 1)

§4.1 Luchtdruk

§4.2 Temperatuur

vandaag:

§4.3 Wolken en neerslag

1 / 22

Slide 1: Slide

Natuurkunde / ScheikundeNatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Lesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 4 Het weer

Hoofdstuk 4 Het weer (NASK 1)

§4.1 Luchtdruk

§4.2 Temperatuur

vandaag:

§4.3 Wolken en neerslag

Slide 1 - Slide

Een bimetaalthermometer bestaat uit twee laagjes van verschillende ...?

kunststoffen

metalen

vloeistoffen

gassen

Slide 2 - Quiz

Vul de zinnen aan:

Als de temperatuur stijgt,

Als de thermometer gevoeliger is

Als de temperatuur daalt,

Als de stijgbuis wijder wordt

is de stijgbuis dunner.

zet de vloeistof in het reservoir uit

stijgt de vloeistof minder

zakt het vloeistofniveau in de stijgbuis

Slide 3 - Drag question

Rekenen: de druk in een lagedrukgebied is 980 mbar. Hoeveel hPa ("hectoPascal") is dat?

980 Pa

980 000 Pa

9,8 hPa

980 hPa

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Video

Gisteren was er mist, bewolking, regen.

Dit is typisch voor een ....

hogedrukgebied

lagedrukgebied

Slide 6 - Quiz

Nieuwe stof

Slide 7 - Slide

Na deze les kun je:

- uitleggen wat het dauwpunt betekent

- aflezen (grafiek) wanneer waterdamp uit de lucht condenseert

- hoe wolken ontstaan

- verschil zien tussen buienwolken & mooiweerwolken

- uitleggen wat luchtvochtigheid is

Slide 8 - Slide

Waarom zijn wolken
belangrijk voor het weer?

Slide 9 - Mind map

00:00

Kort filmpje

Elke dag om 12:00 uur (UT) laten alle "KNMI's" ter wereld een ballonsonde op. Deze meten allemaal op dezelfde manier een aantal gegevens tussen 0 en ongeveer 30 km.

Vraag na afloop: welke drie dingen worden gemeten?

Slide 10 - Slide

wolken zijn geen waterdamp

Mist, nevel, wolken ... het zweeft dus je denkt misschien dat dit gasvormig water is, maar nee ... het zijn druppeltjes die zweven.

Ezelsbruggetje: als je het ziet, is het nooit waterdamp.

Warme lucht stijgt op en koelt: water condenseert en vormt wolken.

Druppeltjes & ijskristallen

Slide 11 - Slide

Bekjk het filmpje bij opgave 30 digiboek.

Slide 12 - Slide

Ontstaan van wolken

Warme lucht stijgt op en neemt

waterdamp met zich mee, maar

als je hoger komt is de lucht kouder.

Je komt dus voorbij het dauwpunt

(condensatieniveau) en er ontstaat

een wolk.

Slide 13 - Slide

Hoe teken je een wolkje?

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Aan de slag!

Wat: Lezen §4.3 & maken opg 25 - 35

32 mag je overslaan

Waar?: in het digiboek §4.3

(NASK 1 !!)

Tijd: zie de timer.

Mag je de les verlaten? Nee blijf gezellig hier we sluiten centraal af.

timer

10:00

Slide 19 - Slide

Waaruit bestaan wolken?

sneeuw en/of ijs

water en/of ijs

waterdamp

krijt

Slide 20 - Poll

Opdrachten

Maak de oneven opdrachten van paragraaf 4.3

Slide 21 - Slide

einde

Einde les

Slide 22 - Slide