17 & 18 Mei 2021 A4 klimaatvraagstukken

Een oude bewoner.
1 / 46
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 46 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Een oude bewoner.

Slide 1 - Slide

Vandaag/ deze week

Presentaties
IJstijden
Reconstructie verleden
Gevolgen klimaatverandering




Slide 2 - Slide

Leerdoelen verdeling
1 Ik kan het verschil tussen weer en klimaat uitleggen ($1.1)  Sarah
2. ik kan de samenstelling van de atmosfeer en de opbouw van de aarde beschrijven. ($1.1) Floor
3. Ik kan verklaren waarom er variaties zijn in de stralingsbalans. ($1.1) Lisan
4  Ik kan verklaren waarom er variaties zijn op het globale windsysteem ($1.2) Marlijne
5. ik kan vertellen wat de invloed van de zeestromen op het klimaat zijn. ($1.3) Ayla
6. Ik kan uitleggen wat el niño en la Niña zijn. ($1.3) Sophie
7. Ik kan verklaren waarom er klimaatveranderingen optreden ($1.4) (Huub)
8. Ik kan het verband leggen tussen de platentektoniek en de woestijnaarde uit het Perm. ($2.1) Marlies
9. Ik kan uitleggen waarom Nederland de aardgasvoorraden en het zout te danken heeft aan de woestijnaarde. ($2.1) Devi
10. Ik kan uitleggen waarom er tijdens het krijt sprake was van een broeikasaarde. ($2.2) Anika
11. Ik kan verklaren waarom er een abrupt einde kwam aan broeikasaarde. ($2.2) Daan
12. Ik kan de sturende mechanismen benoemen achter de ijstijden in het Pleistoceen. ($2.3) Jill
13. Ik kan uitleggen hoe klimaatveranderingen in het verleden worden gereconstrueerd. ($2.3) Robin


Slide 3 - Slide

Leerdoelen verdeling
14. Ik kan vertellen welke invloed de natuurlijk factoren op klimaatveranderingen hebben. ($3.1) Enrui
15. Ik kan vertellen welke invloed de mens heeft op klimaatveranderingen. ($3.1) Nynke
16. Ik kan benoemen welke onzekerheden er zijn over de oorzaken en de gevolgen van het versterkte broeikas effect. ($3.2) Jilles
17. Ik kan uitleggen wat de gevolgen zijn van het versterkte broeikaseffect ($3.2) Emiel
18. Ik kan aangeven wat de positieve en negatieve effecten zijn van de klimaatverandering ($3.2) Marit
19 Ik kan uitleggen welke gevolgen de klimaatveranderingen hebben voor laaggelegen gebieden zoals Nederland en Bangladesh ($3.3) Willem
20. Ik kan vertellen welk klimaatbeleid er op verschillende schaalniveaus  wordt geformuleerd en uitgevoerd ($4.1) Max &J
21. Ik kan uitleggen op welk schaalniveau de maatregelen om de schadelijke uitstoot van broeikasgassen terug te dringen het meest effectief zijn ($4.1) Mila
22. Ik kan benoemen welke alternatieve energiebronnen er zijn en hoe deze worden toegepast ($4.2) Bo
23.Ik kan vertellen welke landen maken gebruik van specifieke duurzame energiebronnen. ($4.2) Wouter
24. Ik kan uitleggen wat het effect is van het Nederlandse klimaatbeleid in de praktijk ($4.3) Lydia
25.Ik kan aangeven wat je zelf kunt doen om de gevolgen van de klimaatverandering te beperken.($4.3) Nora



Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

terugkoppelingsmechanisme
Beïnvloeding van het gedrag van een systeem door verandering van eigenschappen van het systeem zelf. Sommige gevolgen versterken de situatie (positieve terugkoppeling), andere gevolgen werken de verandering tegen (negatieve terugkoppeling).

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Albedo
verstoring van het Atlantische circulatiesysteem

Situatie waarbij de hoeveelheid koud en zout water dat bij Groenland afzinkt verandert, waardoor de circulatie van de diepzeestroming wordt verstoord.

Slide 9 - Slide

conditionele factor


De randvoorwaarde waaraan moet worden voldaan voordat een bepaalde gebeurtenis kan plaatsvinden.

Slide 10 - Slide

sturend mechanisme


Factor die bijdraagt aan een gebeurtenis, maar die niet de randvoorwaarde ervoor is.

Slide 11 - Slide

Broeikasaarde, dus...

Slide 12 - Slide

Klimaatfactoren

Slide 13 - Slide

Einde broeikasaarde
Het is onomstreden dat er in die tijd een catastrofale klimaatverandering plaatsvond:
Meteorietinslag bij Mexico
En..
Vulkaanuitbarstingen India

Stofwolken blokkeerde zonlicht= > temperatuur daling.

Slide 14 - Slide

ijstijd = glaciaal
Geologische periode waarin het koud is op aarde en een deel is bedekt met landijs. Heet ook glaciaal.

Interglaciaal = Warmere periode tussen twee ijstijden in.
Nu interglaciaal.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Voorwaarden ijstijd
1. De Milankovic variabelen Scheefstelling, Excentriciteit & Precessie => variatie in instraling op de aarde. Variabelen moeten gunstig staan = groot verschil seizoenen & koele zomer.
2. Een van de voorwaarden voor een ijstijd is dat er land, het liefst veel land, in de omgeving van de polen ligt.
3. Het klimaat wordt ook bepaald door winden, neerslag, verdamping, vulkanisme, albedo en zeestromen.

Slide 18 - Slide

???

Slide 19 - Slide

echt

Slide 20 - Slide

Excentriciteit, cyclus 100-400.000 jaar.

Slide 21 - Slide

Scheefstelling, cyclus 41.000 jaar

Slide 22 - Slide

Precessie, cyclus 19-23.000 jaar

Slide 23 - Slide

Glaciale wip

Slide 24 - Slide

Hoe weten we het?
Paleoklimaten = klimaat dat in het verleden op aarde voor kwam.

Slide 25 - Slide

Boringen in oceaanbodems & ijskappen
Isotopen = atomen met dezelfde chemische eigenschappen maar verschillende atoomgewichten.
 180 twee neutronen meer, zwaarder en zal minder snel verdampen. O16 wordt dus eerder onttrokken aan zeewater.

Verhouding o16 en 018 is in organismen hetzelfde als in zeewater, dus wordt dus opgeslagen in kalklagen of ijslagen

Slide 26 - Slide

Warme periode
O16 terug in oceaan als regenwater --> herstel evenwicht.
Koude periode
O16 terug als sneeuw op land, dus minder 016 in oceaan, dus meer 018.
Hogere concentratie 018 = koudere tijd.

Slide 27 - Slide

C-14 methode =>
Verval gehalte radioactieve koolstof isotoop
Meten percentage en ouderdom bepalen
met ijkschaal.
Organisch materiaal.

Slide 28 - Slide

Andere bronnen
Geomorfologie= beschrijven en verklaren van de vormen van het landschap (rivierdalen, kusten, berghellingen, zwerfstenen)
Bodemonderzoek=> fysische & chemische samenstelling bodems ontstaan door atmosferische omstandigheden.
Historische bronnen (geschreven)

Hoe ouder, hoe minder betrouwbaar (alle bronnen).

Slide 29 - Slide

Andere bronnen
Pollen analyse = polynologie => verschil in aantal betekent ander klimaat. Echter verstoring door wind & sedimentatie.

Dendrochronologie = onderzoeken van jaarringen. Dikte zegt iets over klimaat, maar vooral over de neerslag.

Hoe ouder, hoe minder betrouwbaar (alle bronnen).

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Klimaat verandering nu
Zorg = de snelheid.

Slide 32 - Slide

Natuurlijke variabelen
Externe = vulkaan uitbarstingen, zonne activiteit, (de mens)

Interne = zeestromen (el niño)

Broeikasgassen (o,5%) = CH4, CO2, NO2 & H20

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Versterkt broeikaseffect = mens
- bevolkingsgroei --> Toenamen CH4 en CO2
- ecnomische groei --> CO2 toename
- verstening --> Minder verdamping, warmtecapaciteit van steen is hoger, albedo wordt minder.

Toekomst in 2100 --> 1 tot 4 graden stijging.

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Gevolgen
Veranderingen in temperatuur en neerslag:
Noordpool hoogste temperatuur stijging (positieve terugkoppelingsmechanisme albedo)
(Geringe temperatuurstijging <-- negatieve terugkoppelingsmechanisme)
Poolgebieden & zone rond evenaar meeste toename neerslag

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Gevolgen (soms positief!)
Opschuiven zones (klimaat & vegetatie)
Overstroming: door hogere zeespiegel en toename neerslagvariabiliteit (= verschillen in neerslag hoeveelheid door de tijd heen (temporeel) of binnen gebied (ruimtelijk).
Zeespiegelstijging => met name uitzetten H20
Verzilt door zeespiegelstijging
Verdroging --> verwoestijning

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

IPCC
Intergovernmental Panel on Climate Change:
doet zelf geen onderzoek maar bundelt kennis over : waterbalans, biodiversiteit, landbouw, visserij, industrie en gezondheid gerelateerd aan klimaatveranderingen.

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

NL & Bangladesh
NL :Temperatuur stijging, meer neerslag en zeespiegelstijging => verzilting landbouwgronden, drinkwatervoorziening in gevaar, landbouw meer droogte en meer neerslagintensiteit.

Bangladesh : "NL" & tropische stormen, meer overstromingen.

Verschil B. & NL : finan. middelen en doeltreffend waterbeleid

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

"Kernlanden veroorzakers, perifere landen slachtoffers"

Slide 46 - Slide