Interactief taalonderwijs

Interactief taalonderwijs
Sanne en Isa
1 / 11
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Interactief taalonderwijs
Sanne en Isa

Slide 1 - Slide

Wat is belangrijk bij interactief taalonderwijs?
A
Alleen luisteren
B
Actief meedoen
C
Alleen grammatica leren
D
Vertalingen maken

Slide 2 - Quiz

Welke aanpak wordt gebruikt in interactief taalonderwijs
A
Structuren lezen
B
Communiceren
C
Vertalen
D
Hardop lezen

Slide 3 - Quiz

Waarom is samenwerken belangrijk in interactief taalonderwijs?
A
De leraar doet minder
B
Leerlingen concurreren meer
C
Het leert sociale vaardigheden
D
Er is minder lesmateriaal nodig

Slide 4 - Quiz

Wat is een voorbeeld van echt materiaal in interactief taalonderwijs?
A
Oude lesboeken
B
Krantenartikelen
C
Verzonnen verhalen
D
Diagrammen

Slide 5 - Quiz

Hoe wordt de doeltaal meestal gebruik in interactief taalonderwijs?
A
Alleen voor schrijven
B
Als de instructietaal
C
Alleen tijdens toetsen
D
Voor vertalingen

Slide 6 - Quiz

Wat is geen kenmerk van interactief taalonderwijs?
A
Gebruik van technologie
B
Regelmatige feedback
C
Echt materiaal gebruiken
D
Leerlingen werken altijd alleen

Slide 7 - Quiz

Wat is een voordeel van thema's in interactief taalonderwijs
A
Meer interesse en betrokkenheid
B
Kortere lessen
C
Minder creativiteit voor de leraar
D
Vermijd moeilijke onderwerpen

Slide 8 - Quiz

Wat betekent differentiatie in interactief onderwijs?
A
Iedereen doet hetzelfde
B
Alleen de beste krijgen moeilijke taken
C
Verschillende niveaus hebben verschillende opdrachten
D
Geen ruimte voor eigen voorkeur

Slide 9 - Quiz

Welke rol speelt feedback in interactief taalonderwijs?
A
Niet belangrijk
B
Alleen voor grammatica
C
Helpt taal te verbeteren
D
Alleen aan het einde

Slide 10 - Quiz

Welke activiteit past het best bij interactief taalonderwijs?
A
Rollenspellen
B
Werkbladen invullen
C
Woordenlijsten invullen
D
Stil lezen

Slide 11 - Quiz