Klare taal les 5 en 6 - werkwoorden vervoegen (2)

Klare taal 
les 5/6 
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NT2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Klare taal 
les 5/6 

Slide 1 - Slide

werkwoord - en = de stam 
Ik        stam
Hij/Zij  stam + t
Jij         stam + t
stam   je/jij
Wij     stam + en
Zij      stam + en
Jullie  stam + en

Slide 2 - Slide

werkwoord stam + t of en 
Ik      werk
Jij      werkt
Hij/Zij  werkt
Werk jij?
Wij      werken
Zij       werken
Jullie  werken

Slide 3 - Slide

Welk werkwoord zie je? Schrijf het hele werkwoord.

Slide 4 - Open question

Welk werkwoord zie je? Schrijf het hele werkwoord.

Slide 5 - Open question

Welk werkwoord zie je? Schrijf het hele werkwoord.

Slide 6 - Open question

Welk werkwoord zie je? Schrijf het hele werkwoord.

Slide 7 - Open question

Wat is de ik-vorm?
Zingen

Slide 8 - Open question

Wat is de ik-vorm?
spelen

Slide 9 - Open question

Wat is de ik-vorm?
Lezen

Slide 10 - Open question

Wat is de ik-vorm?
Geven

Slide 11 - Open question

Wat is de ik-vorm?
Staan

Slide 12 - Open question

Ik _____ (breng) mijn moeder naar stad.

Slide 13 - Open question

Mijn opa _______ (fietsen) naar huis.

Slide 14 - Open question

_______ (leer) jij op school Engels?

Slide 15 - Open question

Op zaterdag _____ (doen) mijn moeder de was.

Slide 16 - Open question

Hoeveel uren _____ (kijken) jij tv?

Slide 17 - Open question

De poes _____ (hebben) een staart.

Slide 18 - Open question

De aap ____ (willen) graag een banaan.

Slide 19 - Open question

Mijn broer _____ (verhuizen) morgen naar Suriname.

Slide 20 - Open question

_____ (willen) jij in het park wandelen?

Slide 21 - Open question