Thema 4 - les 10 - weet je nog

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 6

7 x 8 = ..

11 x 8 = ..

12 x 7 = ..

48 : 8 = ..

35 : 7 = ..

44 : 11 = ..

lesdoel

• De leerling kan duizendtallen, honderdtallen, tientallen en eenheden samenvoegen tot één getal.
• De leerling kan cijferend optellen en aftrekken.
• De leerling kan delen door 10 en 100.
• De leerling kan cijferend delen met getallen tot en met 1000.
• De leerling kan cijferend vermenigvuldigen met getallen tot en met 1000.
• De leerling kan wisselgeld berekenen.

Schrijf op als één getal.

3000 + 400 + 60 + 1 = ..

Schrijf op als één getal.

9000 + 900 = ..

Eerst schatten maak er honderdtallen van!

642 + 276 ≈ ....

Nu precies uitrekenen!

642 + 276 =....

Eerst schatten maak er honderdtallen van!

589 - 213 ≈ ....

Nu precies uitrekenen!

589 - 213 = ....

Eerst schatten maak er honderdtallen van!

531 - 278 ≈ ....

Nu precies uitrekenen!

531 - 278 = ....

Schatten: 225 : 3 ≈

225 : 3 =

Schatten: 125 : 5 ≈ ..

125 : 5 = ..

8 x 213 = ..

Het kost € 3,25
IK GEEF € 4,00
Hoeveel krijg ik terug ...... cent

rekenen

Les 10, bladzijde 45

Opgave 2 t/m 8

Klaar: maak 9, 10 en 11