les 2 Schrijven 2.6 Motivatie en CV plus spellingsregels 3.2

Wat gaan we doen vandaag?

  • Herhalen 3.1 hoofdletters
  • Theorie 3.2 leestekens 
  • Zelfstandig werken aan opdracht 3 van 2.6 motivatie en CV


1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat gaan we doen vandaag?

  • Herhalen 3.1 hoofdletters
  • Theorie 3.2 leestekens 
  • Zelfstandig werken aan opdracht 3 van 2.6 motivatie en CV


Slide 1 - Slide

Hoe is het weglatingsstreepje goed gebruikt?
A
waak- en zorgzaam
B
waakzaam en zorg-
C
waak en -zorgzaam

Slide 2 - Quiz

Trema?

A
Industriele
B
industriële

Slide 3 - Quiz

Komma?
A
Toen ze thuis kwam, zag ze dat de lamp al brandde.
B
Toen ze thuis kwam zag ze dat de lamp al brandde.

Slide 4 - Quiz

Trema?

A
poëziealbum
B
poeziealbum

Slide 5 - Quiz

Hoofdletter of geen hoofdletter?
A
Kerstmis
B
kerstmis

Slide 6 - Quiz

Hoofdletter of geen hoofdletter?
A
Kerstcadeau
B
kerstcadeau

Slide 7 - Quiz

Waar is het weglatingsstreepje correct gebruikt?
A
voor- en nadelen
B
voor en na-delen
C
voor en -nadelen
D
voor en nadelen

Slide 8 - Quiz

Met of zonder hoofdletters?
A
Gucci
B
gucci

Slide 9 - Quiz

Waar staat het juiste accent?
A
ampère
B
ampére

Slide 10 - Quiz

Welk accent klopt?
A
premiére
B
première

Slide 11 - Quiz

Wat heeft geen hoofdletter?
A
Engels
B
Amsterdamse
C
Noorden
D
Peugeot

Slide 12 - Quiz

Apostrof of niet?
A
cdtje
B
cd'tje

Slide 13 - Quiz

Hoofdletter of geen hoofdletter?
A
Volkskrant
B
volkskrant

Slide 14 - Quiz

Met of zonder hoofdletter?
A
Eiffeltoren
B
eiffeltoren

Slide 15 - Quiz

Goede komma's?
A
Ik hou van chocolade, dropjes, spekjes en koekjes.
B
Ik hou van chocolade dropjes spekjes en koekjes.
C
Ik hou van chocolade, dropjes, spekjes, en koekjes.
D
Ik hou van chocolade , dropjes spekjes en koekjes.

Slide 16 - Quiz

Met of zonder apostrof?
A
autootje
B
auto'tje

Slide 17 - Quiz

Met of zonder hoofdletter?
A
December
B
december

Slide 18 - Quiz

Apostrof of niet?


A
Karins handtas
B
Karin's handtas
C
Karins' handtas
D
Karins's handtas

Slide 19 - Quiz

Waar moet de komma?
A
Piet, hoe oud ben jij?
B
Piet hoe oud, ben jij?
C
Piet hoe, oud ben jij?
D
Hier hoeft geen komma

Slide 20 - Quiz

Wat nu?
Zelfstandig werken aan opdracht 3 van 2.6 Motivatie en CV-> inleveren van 2 motivaties einde volgende les (21 oktober)
(als je eerder klaar bent: verder met opdracht 4  en opdracht 5)


Slide 21 - Slide