This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
§4.1 De Eerste Wereldoorlog
Slide 1 - Slide
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga
Slide 2 - Slide
"De oorlog die alle
oorlogen zou beëindigen"
Slide 3 - Slide
Leerdoel
Aan het eind van deze les:
- kun je herkennen en uitleggen op welke manier de Eerste Wereldoorlog verliep en:
- waarom er in de Eerste Wereldoorlog zoveel doden vielen.
Slide 4 - Slide
Wij gaan winnen!
Overal in Europa is er veel enthousiasme om
te gaan vechten én vertrouwen om te winnen:
met Kerst zijn we weer thuis zijn!
Deze oorlog is goed:
ein frischer fröhlicher Krieg
Slide 5 - Slide
Totale oorlog
De Eerste Wereldoorlog was een totale oorlog: iedereen had last van de gevolgen, ook als je niet vocht:
Vrouwen namen banen van mannen over
Regering overtuigde volk met propaganda over de vijand (roddels) en jezelf (alleen maar positief).
Regering deed aan censuur: slecht nieuws niet zeggen, dus nederlagen mogen niet in het nieuws.
Slide 6 - Slide
Nieuwe wapens
Nieuwe wapens
Slide 7 - Slide
Welke kleur heeft Nederland?
In volgende dia oorzaken WOI.
Slide 8 - Slide
Oorzaak 1
Nationalisme
Extreme trots op het eigen volk en land
'Ons land is het beste!'
Slide 9 - Slide
Oorzaak 2
Militarisme
Trots op alles wat met het eigen leger te maken heeft
Vertrouwen in de kracht van het eigen leger
Slide 10 - Slide
Oorzaak 3
Wapenwedloop
Vooral tussen Engeland en Duitsland ontstaat
een felle strijd om wie de sterkste en meeste wapens heeft
Slide 11 - Slide
Alle oorzaken zorgen voor een eplosieve situatie in Europa
Het wachten is op het aansteken van de lont...
Slide 12 - Slide
Vier jaar lang vanuit de loopgraven kijken naar
hetzelfde stuk, kapotgeschoten, niemandsland...
Slide 13 - Slide
Loopgraven
De wapens (bv gifgas, vlammenwerpers en tanks) zijn zo krachtig geworden, dat vechten op een open veld zelfmoord zou zijn
Loopgraven zorgen voor meer beschutting
In totaal wordt er aan het Westfront 40.000km aan loopgraven aangelegd
In volgende dia: '13-in-de-oorlog' - de aanval.
De Franse 14-jarige Gilbert.
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Van wanneer tot wanneer duur de Eerste Wereldoorlog?
A
Van 1917 tot 1921
B
Van 1940 tot 1945
C
Van 1914 tot 1918
D
Van 1905 tot 1909
Slide 16 - Quiz
Op het plaatje hiernaast wordt in Sarajevo de Oostenrijkse troonopvolger vermoord.
Deze gebeurtenis ....
A
is het startmoment van de Eerste Wereldoorlog
B
geeft een verklaring waarom Nederland neutraal bleef.
C
zorgde ervoor dat de Tweede Wereldoorlog ten einde kwam
D
Geen van de genoemde antwoorden is juist
Slide 17 - Quiz
Deze zin werd na ongeveer 3 minuten letterlijk genoemd: "Jonge mannen in heel Europa willen dolgraag vechten, omdat ze van hun land houden en denken dat hun niets kan overkomen. Ze zien de oorlog als een groot avontuur."
Deze zin is een voorbeeld van ....
A
militarisme
B
nationalisme
C
wapenwedloop
D
bondgenootschap
Slide 18 - Quiz
Welke persoon mocht meedoen met de Eerste Wereldoorlog?
A
Een 32-jarige man van 1,65 meter lang
B
Een 17-jarige man van 1,80 meter lang
C
Een 41-jarige man van 1,70 meter
D
Een 24-jarige man van 1,55 meter lang
Slide 19 - Quiz
De hoofdpersoon in de aflevering heet Gilbert en komt uit Frankrijk. Frankrijk hoorde bij de Geallieerden.
Welke drie landen hoorden ook bij de Geallieerden?
A
Het Ottomaanse Rijk, het Duitse keizerrijk en Engeland
B
Rusland, het Ottomaanse Rijk en Engeland.
C
Rusland, Oostenrijk-Hongarije en de Verenigde Staten
D
Engeland, Frankrijk en Rusland
Slide 20 - Quiz
Bekijk hiernaast een print screen van 9:30.
Uit welk land komt de soldaat?
A
Uit Engeland
B
Uit Frankrijk
C
Uit het Duitse keizerrijk
D
Uit Rusland
Slide 21 - Quiz
Twee uitspraken:
I. Het Schlieffenplan (zie plaatje hiernaast) is een aanvalsplan van Duitsland om de Fransen via België in de rug aan te vallen.
I. Duitsland hoorden bij 'de Centralen'.
A
Alleen uitspraak I is juist
B
Alleen uitspraak II is juist
C
Beide uitspraken zijn juist
D
Beiden uitspraken zijn onjuist.
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Video
Welke oorzaak van het ontstaan van de Eerste Wereldoorlog wordt in het plaatje hiernaast uitgebeeld?
A
Nationalisme
B
Modern imperialisme
C
Wapenwedloop
D
Geen van de genoemde antwoorden is juist.
Slide 24 - Quiz
Welk woord heeft NIETS te maken met militarisme?
A
soldaat
B
volkslied
C
uniform
D
medailles
Slide 25 - Quiz
De tank werd tijdens de Eerste Wereldoorlog voor het eerst als wapen ingezet. Voor welke wapens geldt hetzelfde?
A
de atoombom, de auto, de duikboot
B
het vliegtuig, de auto, de duikboot
C
het gifgas, het vliegtuig, de duikboot
D
de atoombom, het gifgas, de duikboot
Slide 26 - Quiz
Sleep de onderstaande drie woorden naar de juiste plek in de legenda:
timer
0:30
Neutraal
Geallieerden
Centralen
Slide 27 - Drag question
Eerste Wereldoorlog
Tweede Wereldoorlog
Sleep de 6 plaatjes naar de juiste kolom:
timer
0:40
Slide 28 - Drag question
Leerdoel
Aan het eind van deze les:
- kun je herkennen en uitleggen op welke manier de Eerste Wereldoorlog verliep en:
- waarom er in de Eerste Wereldoorlog zoveel doden vielen.