Weektaak: maken Kapitel 4, Lektion 1 --> Aufgabe: 3, 9, 10, 11 (12, 13)
3= woordjes, 9/10=geslacht znw, 11/12/13= keuzevoorzetsels
- Wie (hoe)? Boek
- Hilfe (hulp)? Buren, boek, docent
- Zeit (tijd)? tot 11:50
- Fertig (klaar)? Aufgabe 12, 13
OF leren voor so K4