H6 par.3

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Externe effecten

Inwoners van een flat naast het stadion van een voetbalclub kunnen de wedstrijd vanaf hun balkon bekijken.

1. Extern effect
2. Geen extern effect

Bioscoopbezoekers genieten van de mooie beelden van de film

1. Extern effect
2. Geen extern effect

De kunstmest van boeren vervuilt het grondwater.

1. Extern effect
2. Geen extern effect

Provincies + gemeenten + waterschappen =

1. Lagere overheden
2. Sociale fondsen
3. Rijk

Benoem een product of dienst waarvan jij wil dat de overheid daar subsidie voor geeft. Leg uit waarom je dat vindt.

Stelling: Ik vind dat de overheid moet stoppen met het heffen van accijnzen op sigaretten.

De overheid bepaalt tot welke leeftijd je verplicht onderwijs moet volgen. Dit is een voorbeeld van een manier waarop jij met de overheid te maken hebt. Bedenk nog drie andere voorbeelden.

Leerdoel 1: Aan het einde van de les ... kun je de opbouw van de collectieve sector beschrijven

1. Onvoldoende
2. Matig
3. Voldoende
4. Goed

Leerdoel 2: Aan het einde van de les ... kun je uitleggen hoe de overheid subsidie en accijns kan gebruiken om de consumptie van bepaalde goederen te stimuleren of af te remmen

1. Onvoldoende
2. Matig
3. Voldoende
4. Goed

Leerdoel 3: Aan het einde van de les ... kun je uitleggen wat collectieve goederen zijn

1. Onvoldoende
2. Matig
3. Voldoende
4. Goed