Herhaling grammaire unité 2-3

Herhaling grammaire unité 2-3
1 / 29
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Herhaling grammaire unité 2-3

Slide 1 - Slide

Wat weet je nog over
unité 2-3?

Slide 2 - Mind map

avoir =
A
zijn
B
hebben
C
gaan
D
maken

Slide 3 - Quiz

être =
A
zijn
B
hebben
C
gaan
D
maken

Slide 4 - Quiz

wij hebben =
A
j'ai
B
tu as
C
nous avons
D
ils ont

Slide 5 - Quiz

hij is =
A
je suis
B
tu es
C
il est
D
ils sont

Slide 6 - Quiz

hij heeft =

Slide 7 - Open question

jullie zijn =

Slide 8 - Open question

vous avez =
A
wij hebben
B
jullie hebben
C
men heeft
D
u heeft

Slide 9 - Quiz

tu es =
A
jij hebt
B
jij bent
C
men is
D
zij is

Slide 10 - Quiz

Vul de juiste vorm van "avoir" in:
les garçons ...

Slide 11 - Open question

Vul de juiste vorm van "être" in:
nous ...

Slide 12 - Open question

jouw
zijn/haar
mijn
Mon
ta
ses
sa
ma
mes
son
ton
tes

Slide 13 - Drag question

Vertaal: mijn broer

Slide 14 - Open question

zijn honden =
A
son chiens
B
sa chiens
C
ses chiens
D
les chiens

Slide 15 - Quiz

Vul in: ... cousine (mijn nicht)

Slide 16 - Open question

Vul in: ... amie (mijn vriendin)

Slide 17 - Open question

18 =
A
seize
B
dix-sept
C
dix-huit
D
dix-neuf

Slide 18 - Quiz

negen =

Slide 19 - Open question

deux = (vul het cijfer in, niet het woord)

Slide 20 - Open question

15 =
A
quinze
B
qeinze
C
kuinze
D
keinze

Slide 21 - Quiz

drie =

Slide 22 - Open question

ww op -er
1. - er
2. + uitgang
nous
il/elle
je
ils/elles
tu
vous
-ons
-e
-e
-es
-ez
ent

Slide 23 - Drag question

Nous ..... (donner)
A
donnez
B
donnent
C
donnons
D
donne

Slide 24 - Quiz

tu .... (manger)
A
mange
B
manges
C
mangent
D
mangez

Slide 25 - Quiz

elle.... (aimer)

Slide 26 - Open question

ils .... ( jouer)

Slide 27 - Open question

vertaal:
ik begin

Slide 28 - Open question

vertaal:
u danst

Slide 29 - Open question