2H thema 2 BS 3 verteren

De organen voor vertering
Havo 2
Thema 2
BS 3
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

De organen voor vertering
Havo 2
Thema 2
BS 3

Slide 1 - Slide

Leerdoelen en programma
  • Wat is de functie van de mondholte, keelholte en slokdarm bij de vertering?
  • Wat is de functie van de maag, twaalfvingerige darm, lever, galblaas en alvleesklier? 
  • Welke voedingsstoffen worden waar verteerd?

Programma:
  1. Vragen vorige les
  2. HW bespreken
  3. Filmpje (5 min)
  4. Opdr. 3 samen
  5. Afsluiting

Slide 2 - Slide

Hoe heet deel 1?
A
Alvleesklier
B
Mondholte
C
Slokdarm
D
Speekselklier

Slide 3 - Quiz

Hoe heet deel 7?
A
Alvleesklier
B
Twaalfvingerige darm
C
Lever
D
Dunne darm

Slide 4 - Quiz

Wat zorgt ervoor dat de darm plaatselijk en tijdelijk korter wordt?
A
De lengtespieren
B
De kringspieren
C
De darmwand
D
De slijmlaag

Slide 5 - Quiz

Welke voedingsstof wordt in de mondholte verteerd?
A
Eiwit
B
Zetmeel (koolhydraat)
C
Vet
D
Glucose (koolhydraat)

Slide 6 - Quiz

Bespreken opdracht 3 
SSS

Slide 7 - Slide

Opdracht 3 a(basisstof 2)
A
kringspieren
B
Lengtespieren

Slide 8 - Quiz

Opdracht 3 a(basisstof 2)
A
Nauwer
B
Wijder

Slide 9 - Quiz

Opdracht 3 a(basisstof 2)
A
Kringspieren
B
Lengtespieren

Slide 10 - Quiz

Opdracht 3 b (basisstof 2) Zet de gebeurtenissen in de juiste volgorde.
1
2
3
4
Voedingsvezel stimuleert de darmperistaltiek
De voedselbrij wordt daardoor goed vermengd met de verteringssappen.
Daardoor kunnen veel enzymen tegelijkertijd op de voedselbrij inwerken.
De vertering van voedsel gaat dan sneller.

Slide 11 - Drag question

Slide 12 - Video

Keelholte en strottenhoofd

Slide 13 - Slide

BS 3 organen van de vertering
Opdr. 3 tijdens uitleg invullen

Vandaag:
  • mondholte, keelholte en 
slokdarm.
  • Maag
  • Twaalfvingerige darm, 
lever, galblaas en alvleesklier

Slide 14 - Slide

Mondholte
  • Tanden voor mechanische vertering
  • Speekselklieren produceren speeksel
  • Speeksel: water, slijm en amylase (enzym)
  • Amylase begint vertering zetmeel (koolhydraat) naar glucose
  • Slijm in speeksel zorgt voor 'glijden' van voedselbrok door keelholte en slokdarm

Slide 15 - Slide

Maag
  • Maagsapklieren in de maagwand produceren maagsap
  • Maagsap: water, zoutzuur (maagzuur) en pepsine (enzym)
  • Maagzuur: doodt ziekteverwekkers in het eten
  •  Pepsine verteert eiwitten
  • Maag kneed voedselbrij
  • Voedsel verlaat de maag via maagportier

Slide 16 - Slide

Twaalfvingerige darm
  • Lever produceert gal, dit wordt opgeslagen in de galblaas (= opslagplaats!)
  • Gal verkleint grote vetdruppels (=geen vertering!)
  • Dit zorgt voor oppervlaktevergroting --> snellere vertering
  • Alvleesklier produceert alvleessap
  • Alvleessap: water met verschillende enzymen
  • Vertering van eiwitten, vetten en koolhydraten

Slide 17 - Slide


Welk orgaan produceert gal?

A
De alvleesklier
B
De galblaas
C
De lever
D
De twaalfvingerige darm

Slide 18 - Quiz

Benoem de onderdelen
A
nr. 8 de lever nr. 3 de alvleesklier
B
nr. 5 dikke darm nr. 6 de appendix
C
nr. 3 de endeldarm nr. 5 de twaalfvingerige darm
D
nr. 8 de galblaas nr. 6 de alvleesklier

Slide 19 - Quiz

Op volgorde
nr. 4, nr. 5 en nr. 8:
A
4. lever, 5. maag, 8. luchtpijp
B
4. maag, 5. lever, 8. luchtpijp
C
4. maag, 5. lever, 8. slokdarm
D
4. lever, 5. maag, 8. slokdarm

Slide 20 - Quiz

Welke voedingsstof(fen) wordt/worden in de maag verteerd?
A
Eiwitten en vetten
B
Koolhydraten
C
Eiwitten
D
Koolhydraten en vetten

Slide 21 - Quiz

Zelf werken
Lezen:
  • BS 3 blz. 104 en 105

Maken:
  • BS 3 opdr. 1 volledig af!, 5, 6
  • Oefening spijsvertering A 1 t/m 5

Slide 22 - Slide