Vera helpt voor het eerst mee met het organiseren van een groot sportevenement.
Een week van tevoren merkt ze dat haar schouders helemaal gespannen aanvoelen. Als ze aan het evenement denkt, dan neemt die spanning alleen maar toe.
Ze praat erover met haar leidinggevende Mark. Hij zegt ‘Kom laten we even gaan zitten. Ik snap dat dit allemaal nieuw voor je is. We maken altijd een draaiboek. Daarin staat precies wat iedereen moet doen op welk tijdstip. En ik zorg ervoor dat iedereen genoeg pauzes heeft op de dag zelf.’
Na het gesprek valt er een last van Vera’s schouders af.