Hoofdstuk 4 -De Tweede Wereldoorlog 4.1 t/m 4.5 + examentraining
DT 9: SE 6 --> 15%
Hoofdstuk 5 De Koude Oorlog 5.1 t/m 5.5 +examentraining
H6 Naar een nieuwe eeuw +examentraining
DT 10: SE7 --> 15%
H1 t/m H6: Examen Geschiedenis
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Video
Welke bestuursvorm heeft ons land?
A
Een monarchie
B
Een republiek
C
Een constitutionele monarchie
D
Een constitutionele republiek.
Slide 10 - Quiz
Wanneer was het Revolutiejaar?
A
1813
B
1815
C
1830
D
1848
Slide 11 - Quiz
Thorbecke was een
A
Communist
B
Socialist
C
Man van adel
D
Liberaal
Slide 12 - Quiz
De koning geeft op tv zijn mening over het vluchtelingenbeleid van de regering. De minister van Binnenlandse Zaken krijgt hierdoor problemen. Waarom?
A
De koning iis niet altijd aanwezig in de Tweede Kamer dus de minister beantwoordt de vragen
B
De koning is onschendbaar, hij mag daarom zeggen wat hij wil.
C
De minister is de woordvoerder van de koning.
D
De koning is onschendbaar en de minister verantwoordelijk.
Slide 13 - Quiz
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Trias Politica betekent ...
A
alleenheerschappij
B
scheiding der machten
C
vrijheid
D
Montesquieu
Slide 18 - Quiz
Tot welke macht behoort de Tweede Kamer?
A
Wetgevende macht
B
Uitvoerende macht
C
Rechtelijke macht
D
wetsprekende macht
Slide 19 - Quiz
Wat betekent censuskiesrecht in 1848?
A
Mannen mogen stemmen
B
Rijke mannen en vrouwen mogen stemmen
C
Als een man genoeg belasting betaald mag hij stemmen
D
Niemand mag stemmen
Slide 20 - Quiz
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Video
Aan de slag!
Maak de invulsamenvatting. Gebruik hier je boek bij!
Maak de gesloten vragen in je reader.
De open vragen maak je in je schrift. Let op dat je je antwoorden goed formuleert. Herhaal de vraag. Zorg dat je je werk goed bijhoudt, dit moet je aftekenen!
We werken twee lessen aan dit hoofdstuk.
Nakijkbladen vind je op It's Learning
timer
15:00
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Wat zijn de twee belangrijkste taken van de Tweede Kamer?
A
Wetten maken
Regering controleren
B
Wetgeving maken
Dagelijks bestuur van het land
C
Regering controleren
Dagelijks bestuur van het land
D
Wetten uitvoeren
Recht spreken
Slide 29 - Quiz
Recht van amendement
A
Recht om een wetsvoorstel te wijzigen
B
Recht om zelf een wetsvoorstel in te dienen.
Slide 30 - Quiz
Welke rechten hebben zowel de Eerste als de Tweede Kamer?
A
recht van enquête
recht van begroting
B
recht van initiatief
recht van begroting
C
recht van amendement
recht van enquête
D
recht van amendement
recht van initiatief
Slide 31 - Quiz
Wanneer je 18 bent mag je ook stemmen. Voor welke verkiezingen ontvang je GEEN uitnodiging?
A
Eerste Kamer
B
Tweede Kamer
C
Provinciale Staten .
D
Gemeenteraad
Slide 32 - Quiz
Slide 33 - Slide
Slide 34 - Slide
Slide 35 - Slide
Wat weet je van de LUXEMBURGSE KWESTIE
Slide 36 - Mind map
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Slide
Aan de slag!
Maak de invulsamenvatting. Gebruik hier je boek bij!
Maak de gesloten vragen in je reader.
De open vragen maak je in je schrift. Let op dat je je antwoorden goed formuleert. Herhaal de vraag. Zorg dat je je werk goed bijhoudt, dit moet je aftekenen!
We werken twee lessen aan deze paragraaf.
Nakijkbladen vind je op It's Learning
In deze Lessonup vind je ook een Quizlet om de begrippen van 1.1 te oefenen.