Les 19 Overtuigen

1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Programma
  • Ophalen kennis over standpunt, argumenten, tegenargumenten en weerleggingen


  • Lesdoel
  • Je leert op welke manieren je invloed kunt uitoefenen, wat een betoog is en uit 
    welke elementen het bestaat.

  • Hoe krijg je je zin?

Slide 2 - Slide

Ga naar lessonup.app
Typ de code en je naam

Slide 3 - Slide

Wat weet je nog?

Slide 4 - Slide

Wat is een standpunt?

Slide 5 - Mind map

Wat zijn argumenten?

Slide 6 - Mind map

Wat zijn feitelijke
argumenten?

Slide 7 - Mind map

Wat zijn waarderende
argumenten?

Slide 8 - Mind map

een tegenargument
A
gaat in tegen een argument
B
gaat in tegen een weerlegging
C
gaat in tegen het standpunt
D
gaat in tegen het standpunt en het argument

Slide 9 - Quiz

Wat is een weerlegging?
A
een herhaling van je standpunt
B
een tegenargument
C
een ontkrachting van een (tegen)argument
D
een nieuw argument

Slide 10 - Quiz

Werkfase
Log in met je eigen loginnaam en wachtwoord
Maak de vragen in je eigen tempo
Beantwoord de vragen in volledige zinnen

Slide 11 - Slide

Werkfase
Lees de paragraaf 'Overtuigen' (p. 102 - 103 handboek)
Beantwoord daarna 5 vragen in de volgende slides.
Tijd: 20 minuten
timer
20:00

Slide 12 - Slide

1a Onder het kopje 'Beïnvloeden' worden grofweg twee manieren beschreven waarop
mensen hun gelijk proberen te krijgen. Welke zijn dat? R

b Geef van beide manieren een actueel voorbeeld uit je eigen werkelijkheid of
uit de media. T1

Slide 13 - Open question

2. Leg uit waarom het voor zogeheten influencers belangrijk is dat het aantal 'volgers' op hun kanaal duidelijk zichtbaar in beeld is. T2

Slide 14 - Open question

3 Lees onderstaande (delen van) zinnen. Geef aan of het gaat om een standpunt of een argument en noteer de signaalwoorden of functiewoorden (zie handboek, pp. 64-65) waaraan je dat kunt zien. T1
Je kunt het bestand uitvergroten.

Slide 15 - Open question

3. Wat is het standpunt?
A
Er zijn weer dode buizerds gevonden
B
Er moeten echt minder insecticiden gebruikt worden.

Slide 16 - Quiz

timer
0:30
Weerlegging
Tegenargument
Ontkracht het standpunt
Ontkracht het argument

Slide 17 - Drag question

Standpunt: 
1ste argument
2de argument

Slide 18 - Drag question

argumenteren
standpunt
betoog
argumenten
iemand overtuigen met taal
mening/opvatting
alle argumenten bij elkaar. 
ondersteunen je standpunt

Slide 19 - Drag question

Ik vond het optreden van Taylor Swift gisteren helemaal geweldig!
Ik ben er nog niet over uit of ik mijn scooter bij Achmea of Menzis verzeker.
Ik wil nooit meer naar Frankrijk op vakantie.
Positief standpunt
Negatief standpunt
Standpunt van twijfel

Slide 20 - Drag question