De kleuter

De kleuter
6 OPB - Toegepaste psychologie 

1 / 20
next
Slide 1: Slide
Toegepaste psychologieSecundair onderwijs

This lesson contains 20 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

De kleuter
6 OPB - Toegepaste psychologie 

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
De leerlingen:
- Beschrijven de lichamelijke groei van de kleuter
- Beschrijven de grove motoriek van de kleuter
- Beschrijven de fijne motoriek van de kleuter
- Sommen de verschillende stappen in kleutertekeningen op
- Beschrijven de waarneming van de kleuter
- Beschrijven het geheugen van de kleuter
- Leggen het belang van fantasie(spel) voor kleuters uit
- Beschrijven het denken van de kleuter
- Leggen de drie belangrijke kenmerken van het denken van de kleuter uit
- Beschrijven wat het conservatie-experiment inhoudt

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
De leerlingen:
- Leggen de link tussen het conservatie-experiment en een van de kenmerken van het denken van de kleuter
- Beschrijven de taalontwikkeling van de kleuter
- Beschrijven de relatie van de kleuter met gezinsleden
- Beschrijven de relatie van de kleuter met leeftijdsgenoten
- Beschrijven het sociaal inzicht van de kleuter
- Geven de belangrijkste taak van de kleuterschool
- Leggen uit wat wordt bedoeld met ‘rijpheid voor opvang in groep’
- Beschrijven het belang van de relatie tussen het kind en de kleuterleerkracht

 

Slide 3 - Slide

Lesdoelen
De leerlingen:
- Beschrijven het contact met andere kleuters in de kleuterschool
- Beschrijven de ontwikkeling van het geweten
- Geven de definitie van het spiegelgeweten
- Beschrijven de (positieve) wil van de kleuter
- Leggen de link tussen de wil van de peuter en die van de kleuter
- Beschrijven het ontstaan van taakbereidheid bij de kleuter
- Beschrijven de seksuele identiteit van de kleuter
- Leggen uit hoe de differentiatie van gevoelens verband houdt met andere ontwikkelingsaspecten 
- Beschrijven het bewegingsspel of motorisch functiespel


 

 

Slide 4 - Slide

Lesdoelen
De leerlingen:
- Beschrijven het constructiespel
- Beschrijven het imitatie- en fantasiespel
- Leggen uit wat receptieve spelen inhouden
- Leggen uit wat regelspelen inhouden
- Herkennen het soort spel in een casus



 

 

Slide 5 - Slide

5.3. Socio-emotionele ontwikkeling

5.3.1. Sociale ontwikkeling
5.3.2. Emotionele ontwikkeling
5.3.3. Morele ontwikkeling

Slide 6 - Slide

5.3.1. Sociale ontwikkeling
Langzaam shift van volwassenen naar leeftijdsgenoten

Heeft voornamelijk te maken met spelgedrag!

Kleuter = speelkind 

Slide 7 - Slide

5.3.1. Sociale ontwikkeling
4 voorwaarden (Garvey):
  • Activiteit 
  • Leuk
  • Vrijwillig 
  • Geen doel 


Slide 8 - Slide

Mildred Parten: indeling op basis van de graad van interacties tussen kinderen

  1. Niet sociaal of solitair spel
  2. Parallel spel
  3. Associatief spel
  4. Coöperatief spel 
Piaget
  1. Sensomotorisch spel (oefen- of functiespel)
  2. Symbolisch spel (fantasiespel)
  3. Gereglementeerd spel/ regelspel

Aanvullend op Piaget zijn er nog:
- Taal- en denkspelletjes 
- Constructiespel
- Expressiespel
- Sociale spellen

Slide 9 - Slide

5.3.1. Sociale ontwikkeling
Evolutie fantasiespel:
  • Flexibeler in erbij horende gebruiksvoorwerpen
  • Minder op de eigen persoon gericht
  • Complexere activiteiten 

Slide 10 - Slide

5.3.1. Sociale ontwikkeling
Eerste vriendschapsrelaties

Wisselvallig en oppervlakkig, maar belangrijk! 

Slide 11 - Slide

5.3.2. Emotionele ontwikkeling
De wil
  • Positief willen 
  • Groeiend taakbewustzijn
  • Leren grenzen van het haalbare ervaren
  • Op het einde van kleutertijd taakbereidheid of werkrijpheid  (resultaat staat voorop)

Slide 12 - Slide

5.3.2. Emotionele ontwikkeling
Seksuele identiteit: rond 3 à 4 jaar bewustwording van geslacht en gender

Gevoelens: differentiatie hangt samen met andere ontwikkelingsaspecten

Kernconflict (Erikson): initiatief vs. schuld

Slide 13 - Slide

5.3.3. Morele ontwikkeling
Verinnerlijking van geweten
Spiegelgeweten
Absolute wijze hanteren

Kohlberg: pre-conventioneel niveau (zoals peuters)
  1. Strafvermijding 
  2. Belang van het goede 

Slide 14 - Slide

5.4. Naar de kleuterschool

Slide 15 - Slide

5.4. Naar de kleuterschool
  • Vanaf 2,5 jaar 
  • NIET verplicht
  • Bevorderen van sociale ontwikkeling
  • Kind moet rijp zijn 
  • Relatie tussen kleuter en meester/juf erg belangrijk
  • Contact met kleuters loopt in het begin vaak moeilijk

Slide 16 - Slide

5.5. De evolutie van de kindertekening

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

5.5. De evolutie van de kindertekening

Krabbels
Toevallig realisme 
Mislukt realisme
Verstandelijk realisme
Visueel realisme 

Slide 19 - Slide

5.6. De ontwikkeling stimuleren bij de kleuter

Slide 20 - Slide