De leerlingen:
- Beschrijven het contact met andere kleuters in de kleuterschool
- Beschrijven de ontwikkeling van het geweten
- Geven de definitie van het spiegelgeweten
- Beschrijven de (positieve) wil van de kleuter
- Leggen de link tussen de wil van de peuter en die van de kleuter
- Beschrijven het ontstaan van taakbereidheid bij de kleuter
- Beschrijven de seksuele identiteit van de kleuter
- Leggen uit hoe de differentiatie van gevoelens verband houdt met andere ontwikkelingsaspecten
- Beschrijven het bewegingsspel of motorisch functiespel