This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Schoon en ordelijk
week 2
Slide 1 - Slide
Terugblik
Slide 2 - Slide
Wat is een schoonmaakprotocol?
Slide 3 - Open question
Wat bedoelen we met: Schoonmaakfrequentie
Slide 4 - Open question
Dagelijks
Slide 5 - Mind map
Periodiek
Slide 6 - Mind map
Bij welke soort schoonmaakmethode horen de volgend materialen: stoffer en blik, borstel, bezem
A
droog schoonmaken
B
klamvochtig schoonmaken
C
nat schoonmaken
D
bij allemaal
Slide 7 - Quiz
De juiste werkvolgorde van professioneel schoonmaken is:
A
- van schoon naar vuil
- van laag naar hoog
- van nat naar droog
B
- van vuil naar schoon
- van laag naar hoog
- van nat naar droog
C
- van schoon naar vuil
- van hoog naar laag
- van nat naar droog
D
- van schoon naar vuil
- van hoog naar laag
- van droog naar nat
Slide 8 - Quiz
Desinfecteren
Of ontsmetten
Micro-organismes
Slide 9 - Slide
Benoem drie micro organismes
Slide 10 - Open question
Kleurencodes
In de schoonmaak wordt een kleurcodesysteem gebruikt om besmetting door het schoonmaken en tussen verschillende ruimtes te voorkomen.
Kruisbesmetting
Slide 11 - Slide
Wit: algemeen
Rood: sanitair zoals toiletten en urinoirs
Blauw: interieur, bijvoorbeeld kozijnen of werkplekken op kantoor
Groen: vloeren (veel toegepast in de keuken en in ziekenhuizen)
Geel: keuken / desinfectie (denk aan tegels en kranen)
Slide 12 - Slide
Sanitaire ruimte
Natte ruimtes
Persoonlijke verzorging
Slide 13 - Slide
Nat schoonmaken
Klamvochtig schoonmaken
Droog schoonmaken
Doe je met een droge doek of stofzuiger.
Maak je schoon met een iets vochtige doek
De vloer dweilen, het toilet of de douche soppen
Slide 14 - Drag question
HACCP
. Je gooit bijvoorbeeld het afvalwater uit een rode emmer niet weg in de keuken, maar in een sanitaire ruimte. Zo voorkom je dat bacteriën uit het toilet in de keuken terechtkomen. Het kleurcodesysteem draagt bij aan een grotere veiligheid. Je volgt daarmee de HACCP-richtlijnen. HACCP staat voor Hazard Analysis of Critical Control Points.
Slide 15 - Slide
Milieu
Schoonmaken met oog voor het milieu is prima te doen.
Je bent al een heel eind als je niet te veel (warm) water gebruikt, schoonmaakmiddelen goed doseert en chloorbleekmiddel vermijdt.
Slide 16 - Slide
Geef voorbeelden van hoe jij rekening kan houden met het milieu tijdens het schoonmaken
Slide 17 - Open question
Slide 18 - Video
Wat vind jij van de uitkomsten?
Slide 19 - Open question
Werk veilig
Ergonomisch
Veilig voor je omgeving
Slide 20 - Slide
Leg uit hoe jij ergonomisch kan werken tijdens het schoonmaken