This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Welke kennis en vaardigheden heb je nodig?
Slide 2 - Open question
Slide 3 - Slide
Wat zijn natuurverschijnselen?
Slide 4 - Mind map
Nask gaat vaak over de levende natuur.
A
waar
B
niet waar
Slide 5 - Quiz
Slide 6 - Slide
Geef drie andere voorbeelden van natuurverschijnselen.
Slide 7 - Mind map
Slide 8 - Slide
Je doet het licht aan als het donker wordt. Licht hoort bij nask.
A
waar
B
niet waar
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Slide
Leg uit waarom water geen materiaal is.
Slide 11 - Mind map
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Slide
In de les:
Maken: Opgaven 6 t/m 9
Waar? In je schrift.
Waarom? Wanneer je schrijft, onthoud je beter!
Niet af? Is huiswerk voor volgende les
timer
10:00
Slide 14 - Slide
Ik kan beschrijven waar de vakken biologie en nask over gaan.
Slide 15 - Poll
Ik kan het verschil benoemen tussen een stof en een materiaal.
Slide 16 - Poll
Vervolg van de paragraaf
H1.1 Een nieuw vak.
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Een stof verandert van toestand. Dat hoort bij ....
A
biologie
B
natuurkunde
C
scheikunde.
Slide 21 - Quiz
Als een stof verandert in andere stoffen, dan hoort dat bij ....
A
biologie
B
natuurkunde
C
scheikunde.
Slide 22 - Quiz
Bij welk vak hoort het verschijnsel:
Hoe hout groeit.
A
biologie
B
nask
Slide 23 - Quiz
Bij welk vak hoort het verschijnsel:
Dat hout blijft drijven in water.
A
biologie
B
nask
Slide 24 - Quiz
Noem 3 producten.
Slide 25 - Mind map
Noem 3 stoffen.
Slide 26 - Mind map
Natuurkunde of scheikunde?
Dit is opdr. 10 vanuit het boek
Slide 27 - Slide
Een smid smeedt een hoefijzer van ijzer. Natuurkunde of scheikunde? Leg uit.
Slide 28 - Mind map
Van een suikerbiet wordt suiker gemaakt. Natuurkunde of scheikunde? Leg uit.
Slide 29 - Mind map
Een ei wordt hard in kokend water. Natuurkunde of scheikunde? Leg uit.
Slide 30 - Mind map
Een lamp brandt als er elektriciteit doorheen gaat. Natuurkunde of scheikunde? Leg uit.
Slide 31 - Mind map
Opdracht 11 uit je boek.
Op een oud gebouw is een nieuw dak van koper gelegd. Enkele jaren later is het koper door invloed van regen en lucht groen geworden. Dit heet oxideren.
Slide 32 - Slide
Oxideren hoort bij natuurkunde / scheikunde, want het koper van het dak is wel / niet veranderd in een andere stof.
A
natuurkunde, wel
B
natuurkunde, niet
C
scheikunde, wel
D
scheikunde, niet
Slide 33 - Quiz
Ik kan beschrijven waar de vakken biologie en nask over gaan.
Slide 34 - Poll
Ik kan het verschil benoemen tussen eens tof en een materiaal.
Slide 35 - Poll
Ik kan met voorbeelden het verschil tussen natuurkunde en scheikunde uitleggen.