H4 Taalverzorging | grammatica | werkwoordsvormen & persoonsvorm (8-10)

H4 Taalverzorging
4.1 Grammatica

herhaling: 
- werkwoorden

nieuw: 
- werkwoordsvormen 
- persoonsvorm
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo lwoo, bLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

H4 Taalverzorging
4.1 Grammatica

herhaling: 
- werkwoorden

nieuw: 
- werkwoordsvormen 
- persoonsvorm

Slide 1 - Slide

voorbeeld(en) van
werkwoorden

Slide 2 - Mind map

WERKWOORDEN (ww)
- de belangrijkste woorden in de zin 
- ze vertellen je wat iemand of iets doet of wat er gebeurt
- zonder werkwoord heb je geen goede zin

Slide 3 - Slide

WERKWOORDEN
- werkwoorden veranderen van vorm
- werkwoorden passen zich aan, aan wie of wat het doet. 
! Dat noem je vervoegen

fietsen 
ik fiets, jij fietst, hij fietst, wij fietsen, 
ik fietste, jij fietste, hij fietste, wij fietsten, we hebben gefietst


Slide 4 - Slide

herhaling | werkwoorden
Een online oefening op de volgende slide. 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

WERKWOORDSVORMEN
Een werkwoord (ww) kan verschillende vormen hebben. 

Voorbeeld

BELLEN
1) Ali belt zijn vriend. 
2) Ali zal morgen zijn vriend bellen.
3) Ali heeft zijn vriend gebeld



Slide 7 - Slide

PERSOONSVORM
In iedere zin staat een persoonsvorm (pv). 
De persoonsvorm is het werkwoord dat verandert als je de zin in een andere tijd zet. 
De zin in een andere tijd zetten, noemen we de tijdproef.

Voorbeeld
BELLEN
 Ali belt zijn vriend.          -->          Ali belde zijn vriend.

belt = de persoonsvorm. 


Slide 8 - Slide

de tijdproef
Zet de volgende zinnen in een andere tijd.

Slide 9 - Slide

Zet de zin in een andere tijd.

Romy speelt gitaar.

Slide 10 - Open question

Wat is dus de persoonsvorm in de zin?

Romy speelt gitaar.

Slide 11 - Open question

Zet de zin in een andere tijd.

Ze houdt van moderne muziek.

Slide 12 - Open question

Wat is dus de persoonsvorm in de zin?

Ze houdt van moderne muziek.

Slide 13 - Open question

Zet de zin in een andere tijd.

Soms geeft Romy samen met andere leerlingen een optreden.

Slide 14 - Open question

Wat is dus de persoonsvorm in de zin?

Soms geeft Romy samen met andere leerlingen een optreden.

Slide 15 - Open question

Toelichting opdr. 10 (blz. 84)

Slide 16 - Slide

Huiswerk
m. opdr. 8 t/m 10 (blz. 82-84)

Slide 17 - Slide