FPZ Reader

Wat is een UAD geneesmiddel?
A
Een gnm waar een recept voor nodig is.
B
Een gnm dat zonder recept in elke winkel mag worden gekocht
C
Een gnm dat zonder recept in de Kruidvat kan worden gekocht.
D
Een gnm dat je uitsluitend in de apotheek mag kopen.
1 / 22
next
Slide 1: Quiz
WelzijnMBOStudiejaar 1

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Wat is een UAD geneesmiddel?
A
Een gnm waar een recept voor nodig is.
B
Een gnm dat zonder recept in elke winkel mag worden gekocht
C
Een gnm dat zonder recept in de Kruidvat kan worden gekocht.
D
Een gnm dat je uitsluitend in de apotheek mag kopen.

Slide 1 - Quiz

Spécialite
Generiek
Parallel
Merkgeneesmiddel 
Merkloze gnm zonder octrooi onder stofnaam
Geneesmiddel uit het buitenland. 

Slide 2 - Drag question

Noem 3 verschillende apotheken.

Slide 3 - Open question

Otrivin neusdruppels ....
(meerdere antwoorden mogelijk)
A
Is een UR geneesmiddel
B
Is een spécialité artikel
C
Is een UAD geneesmiddel
D
Is een Parallel artikel

Slide 4 - Quiz

Een apotheekhoudend huisarts ....
A
Mogen alleen UR geneesmiddelen afleveren
B
Mogen alleen geneesmiddelen afleveren aan hun eigen patiënten.
C
Mogen niet in het weekend open zijn
D
Mogen alleen UAD geneesmiddelen afleveren

Slide 5 - Quiz

Wat betekend A.D.S?

Slide 6 - Open question

Wat betekend Cito?
A
Spoed
B
Toets
C
Met
D
Snel

Slide 7 - Quiz

Wat moet er op
een recept staan?

Slide 8 - Mind map

Wat betekend iter?
A
in de ader
B
neem
C
lever af
D
herhaal

Slide 9 - Quiz

Kijk naar dit recept wat ontbreekt er?

Slide 10 - Slide

Wat ontbreekt er op het recept?

Slide 11 - Open question

Wat moet er staan
op een apotheek etiket
van een spécialité geneesmiddel?

Slide 12 - Mind map

Wat is geen lokale toediening?
A
Rhinoguttae
B
Unguentum
C
Globuli
D
Oculoguttae

Slide 13 - Quiz

Wat betekend EPD?

Slide 14 - Open question

Wat is een PIF?

Slide 15 - Open question

Koel bewaren is?

A
in de koelkast bewaren
B
In de diepvries bewaren
C
keldertemperatuur
D
Kamertemperatuur

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Slide

Wie mag er geen recept uitschrijven?
A
Psycholoog
B
Reumatoloog
C
Neuroloog
D
Cardioloog

Slide 18 - Quiz

Hoe moet een opiumwet recept bewaard blijven?
A
-op naam arts -op naamgeneesmiddel, -datum van aflevering
B
-op naam geneesmiddel. -naam arts. -datum aflevering
C
-Datum recept -op naam arts -op naam geneesmiddel
D
-Datum recept -op naam geneesmiddel -op naam arts

Slide 19 - Quiz

GIF betekend
A
Pas op gevaarlijk
B
geneesmiddelen informatie folder
C
gevaarlijk injectie formulier
D
geneesmiddelen informatie forum

Slide 20 - Quiz

Morfine valt volgens de opiumwet naar indeling in ...
A
Lijst 1
B
Lijst 2
C
Geneesmiddelengroep
D
Warenwet

Slide 21 - Quiz

Welk geneesmiddel mag een verloskundige NIET uitschrijven?
A
ijzertabletten
B
oxytocine
C
Fytomenadion
D
simvastatine

Slide 22 - Quiz