2.1 Ontstaan van geld

2. De rol van geld
2.1 Ontstaan van geld
1 / 17
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2. De rol van geld
2.1 Ontstaan van geld

Slide 1 - Slide

2.1 Ontstaan van geld
  • Ik kan directe en indirecte ruil herkennen in een voorbeeld.
  • Ik kan uitleggen hoe chartaal geld is ontstaan.
  • Ik kan de 3 geldfuncties herkennen in een voorbeeld.

Slide 2 - Slide

Wat is een voordeel van handelen met geld?

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Ruilen

Slide 5 - Slide

2.1 Ontstaan van geld
Ruilen
  • Bij directe ruil ruil je een product voor een product.
  • Bij indirecte ruil ruil je een product voor geld.
directe ruil       indirecte ruil

Slide 6 - Slide

Het kopen van een spijkerbroek bij de H&M is ...
A
directe ruil
B
indirecte ruil

Slide 7 - Quiz

Peter zet, in ruil voor een warme maaltijd, IKEA-meubels in elkaar voor Wilma. Is dit directe of indirecte ruil?
A
directe ruil
B
indirecte ruil

Slide 8 - Quiz

Geschiedenis geld
  • Muntgeld was niet veilig.
  • Handelaren wisselden hun munten in voor een wissel bij een bank.
  • Wissels worden eerste bankbiljetten.

Fiduciair geld: geld dat niet gekoppeld is aan de prijs van een grondstof. 

Slide 9 - Slide

Functies van geld

Slide 10 - Slide

In plaats van mijn zakgeld uit te geven, leg ik het opzij om een nieuwe telefoon te kunnen kopen.

Welke geldfunctie herken je?
A
Ruilmiddel
B
Spaarmiddel
C
Rekenmiddel

Slide 11 - Quiz

In supermarkt A kost een kilo bananen € 0,50 meer dan in supermarkt B.

Welke geldfunctie herken je?
A
Ruilmiddel
B
Spaarmiddel
C
Rekenmiddel

Slide 12 - Quiz

Maken opdracht 8 blz. 46
Klaar: maken 1 t/m 7 (behalve 5)
timer
7:00

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Afmaken 2.1 1 t/m 10 (behalve 5)

Slide 16 - Slide

2.1 Ontstaan van geld
  • Ik kan directe en indirecte ruil herkennen in een voorbeeld.
  • Ik kan uitleggen hoe chartaal geld is ontstaan.
  • Ik kan de 3 geldfuncties herkennen in een voorbeeld.

Slide 17 - Slide