35e les

1 / 31
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

mardi le 14 décembre
Bienvenue dans la classe de français!

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

AUJOURD'HUI                         VANDAAG 
  • huiswerk nakijken :  het bezittelijk voornaamwoord
  • Écouter Luisteren APP 4


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

 - exercice 16 A p. 63

  1. Er zijn drie vormen: mon, ma en mes.
  2. Het heeft te maken met mannelijk, vrouwelijk of meervoud.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

 - exercice 16 B1 p. 63

  1. Mon, ton en son komen voor een mannelijk zelfstandig naamwoord.
  2. Ma, ta en sa komen voor een vrouwelijk zelfstandig naamwoord.
  3. Mes, tes en ses komen voor een zelfstandig naamwoord in het meervoud.




1 Mon, ton en son komen voor een mannelijk zelfstandig naamwoord.

 Ma, ta en sa komen voor een vrouwelijk zelfstandig naamwoord.

 Mes, tes en ses komen voor een zelfstandig naamwoord in het meervoud.



2 jouw

 zijn, haar


  • 16A 16B 16C page 63 en 64 
Maak oefening 16 F p. 83

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

 - exercice 16 B2 p. 63

  1. jouw
  2. zijn en haar

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

 - exercice 16 C1 p. 64

  • a v         ma
  •  b m       ton
  •  c mv      tes
  •  d m        son
  •  e mv     ses

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

 - exercice 16 C2 p. 64

  • 1 mon
  •  2 ton
  • 3 tes
  • 4 sa
  • 5 son
  •  6 son

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

 - exercice 16 F p. 83

  • 1 mon, mannelijk enkelvoud
  • 2 mes, meervoud
  • 3 ta, vrouwelijk enkelvoud
  • 4 ton, mannelijk enkelvoud
  • 5 sa, vrouwelijk enkelvoud
  • 6 ses, meervoud
  • 7 son, mannelijk enkelvoud
  • 8 sa, vrouwelijk enkelvoud

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Boek p. 59
Écouter - Luisteren 
Exercice 11 t/m 15

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Link

This item has no instructions

Slide 12 - Link

This item has no instructions

Slide 13 - Link

This item has no instructions

(mijn) père
(mijn) cousine
(haar) cousins
(haar) père
(jouw) oncle
ma
mes
son
mon
ton
ses

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

_________ (mijn) tante
A
ma
B
ta
C
mon
D
son

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

_________ (zijn) organisation (v)
A
sa
B
ta
C
son
D
ton

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (haar) oncle
A
sa
B
tes
C
son
D
ses

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (jouw) père
A
sa
B
ta
C
son
D
ton

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Bezittelijk voornaamwoord:
mijn vriendin=
A
ma amie
B
mon amie
C
m'amie
D
mon ami

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (haar) père (mannelijk enkelvoud)
A
sa
B
ta
C
son
D
ton

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 4 opties.

_________ (jouw) mère
A
ton
B
ta
C
son
D
sa

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (zijn) oncles
A
ton
B
tes
C
son
D
ses

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord uit de 3 opties.

_________ (zijn) soeur
A
sa
B
ton
C
son
D
ta

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Vertaal het bezittelijk voornaamwoord tussen haakjes.
Kies het goede bezittelijk voornaamwoord.

_________ (jouw) père
A
sa
B
ta
C
son
D
ton

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Iedereen aan het leren 
Vragen?
Hand omhoog! 
timer
0:00

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Video

This item has no instructions

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Regels in de klas 
  1. Telefoons op stil & in de telefoontas, plaatsnemen en spullen op tafel
  2. Op dezelfde plek zitten. 
  3. Spullen compleet en opgeladen  (Chromebook, werkboek ,schrift, etui)
  4. Hand opsteken, als je iets wilt vragen of zeggen.
  5. Niet door mij heen praten.
  6. Wanneer iemand aan het woord is dan is de rest stil.
  7.  Er zijn geen domme vragen. We lachen elkaar niet uit. 
  8. Huiswerk maken en bij de volgende les laten zien.

Slide 28 - Slide

Deze regels zorgen ervoor dat we samen goed en met plezier kunnen leren. Deze regels zijn bedoeld om ieder van ons te ondersteunen. Er hoort een uitleg bij iedere regel. Dit bespreken we in de les. 
als je niet meer weet hoe de regel je helpt, vraag mij nog een keer. In deze les zijn er geen domme vragen. Vragen betekent namelijk dat je al bezig bent met leren en onthouden. 
Unité 2 Moi et les autres.

Ma famille habite à Grenoble. J'ai un frère. J'ai un père et une mère. Et toi? 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Iedereen aan het leren 
Vragen?
Hand omhoog! 

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Link

This item has no instructions