H5.2 - Les 2 - Omtrek & lengtematen

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 1

H5 - Lengte, omtrek, oppervlakte

Pak je schrift erbij op nieuwe pagina

         Een 

       nieuwe start 

    voor ons allemaal

    We gaan er iets moois van maken

Hoe moet je ook alweer netjes in je schrift werken bij een nieuw hoofdstuk / paragraaf? Geef een omschrijving of maak een foto.

Programma

-  Huiswerk nakijken en bespreken

-  Herhalingsvraag schatten

- Uitleg omtrek

- Oefening en huiswerk maken

- Lesafsluiting

Lesroutine

• Binnenkomst les -> Boek openen, schrift op tafel
• Huiswerk nakijken via uitwerkingenboek
• Som bespreken die lastig ging van huiswerk
• Uitleg van de nieuwe stof
• Start met oefenen van de nieuwe stof / huiswerk maken
  
• Afsluiting, controle van de leerstof 

Bij vragen

Docent loopt ronde en komt vanzelf bij je of docent zit aan bureau en jij sluit aan om je vraag te stellen

Huiswerk vergeten

1x kan gebeuren. 2de keer in 1 hoofdstuk is zelfde dag uur inhalen

Snel klaar

Verder werken met de stof mag altijd

Werken in schrift (Doe dit nu)

> Nieuw hoofdstuk / paragraaf op nieuwe bladzijde. Schrijf de titel van het hoofdstuk groot boven je bladzijde.

> Maak een kantlijn (als je die niet hebt) met liniaal 3 hokjes breed

> Opdrachten schrijf je in de kantlijn, na elke opdracht een regel ertussen houden

Maak nu een foto hoe je schrift er nu uitziet (van voorkennis hoofdstuk 8)

Herhaling schatten

Schat in: Hoe hoog is de deur?

1. 160cm
2. 2
3. 2,5 m
4. 2 meter

Handige maten:

- hoogte van een verdieping:        3 m

- pink-duim:                                       20 cm

- lengte volwassene:                        180 cm

- maten deur:                                     1 m bij 2 m

- 1 grote stap:                                      1 m

- wandelen:                                         6 km per uur

- fietsen:                                              18 km per uur

Herhaling lengtematen

Omtrek (en Oppervlakte)

Doelen

• Je weet wat de omtrek van een figuur is.
• Je kan de omtrek van een rechthoek berekenen.
• Je kent de juiste volgorde van lengtematen 

Omtrek 

=

Omheen

22 cm touw nodig

omtrek van deze figuren?

Rechthoeken

Omtrek
 Van een rechthoek is de omtrek:
2 x de lengte + 2 x de breedte.

Een vierkant is een rechthoek met vier gelijke zijden. De berekeningen voor de omtrek en oppervlakte voor een vierkant zou je daarom nog kunnen vereenvoudigen naar:

Omtrek: 4 x zijde
Oppervlakte: zijde²

Met welke som reken je de omtrek van deze rechthoek uit?

1. 9 + 3 + 9 + 3 =
2. 2 x 9 + 2 x 3 =
3. 18 + 6 =
4. 2 x 3 + 2 x 9 =

Met alle sommen bereken je het goede antwoord!

Een speelveld is 15 meter lang en 10 meter breed. Eromheen staat een hek.

Hoeveel meter hek is er nodig voor dit speelveld?

1. 50 m
2. 150 m
3. 25 m
4. 75 m

Als je de grootte van iets uitspreekt zeg je vaak: (lengte) bij (breedte) meter. Dat schrijf je als ... x ... meter.

0

Lesdoel

 Wanneer je een maat schat, klopt dit redelijk met de werkelijkheid

Hoe hoog schat jij dat dit lokaal is?

Inschattingsvraag: Hoe snel fiets jij gemiddeld?

Schat de hoogte van de flat.

Omtrek en oppervlakte

Oppervlakte rechthoek = lengte x breedte

omtrek rechthoek = 2 x lengte 2 x breedte

Wat is de omtrek?

Huiswerk

5-2 Omtrek 

Snel klaar dan: 5-3 Lengtematen 

Bij vragen

Docent loopt ronde en komt vanzelf bij je of docent zit aan bureau en jij sluit aan om je vraag te stellen

Snel klaar

Verder werken met de stof mag altijd

Niet praten

Huiswerk maak je zelf, dus zonder overleg. De docent geeft aan wanneer er overlegd mag worden 

Extra uitleg

Lees de theorie nog eens door onder het kopje theorieuitleg.

Thuis kan je ook de animaties kijken of gestuurde uitlegvideo's

Verlengde instructie

Klaar?

De muur bij de deur mag worden behangt.
Hoeveel rollen behang heb ik nodig?

Nodig: rolmaat, papier, rekenmachine, pen.

Schat hoe hoog deze boom is?

Wat is het?

Ieder vlak figuur heeft een omtrek en oppervlakte.

• De omtrek is de rand die om het figuur heen past.
• De oppervlakte is het vlak van een object dat bedekt kan worden.
  

 

Het is belangrijk dat je goed kijkt naar de maateenheid en dit erbij vermeld.

Oppervlakte = lengte x breedte

Oppervlakte =

Op een vlak

24 vierkantjes van 1cm2 nodig