1.2: Gevolgen van open grenzen

1.2 Gevolgen van open grenzen
1 / 15
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

1.2 Gevolgen van open grenzen

Slide 1 - Slide

Vorige les: lagere transportkosten
Door lagere transportkosten wordt het aantrekkelijker om te produceren in:
A
Nederland
B
Duitsland
C
China
D
Japan

Slide 2 - Quiz

Beleid

Slide 3 - Slide

Leg uit welk gevolg importheffingen hebben voor handel.

Slide 4 - Open question

Importheffingen: Voedsel in de EU
Andere landen kunnen goedkoper voedsel produceren, door:
- Beter klimaat 
- Lagere loonkosten

Maar; als er voedsel wordt geïmporteerd, moet daar belasting over worden betaald: importheffingen.

Hierdoor: voedsel van buiten EU duurder dan voedsel uit de EU

Slide 5 - Slide

Geef een reden waarom de EU importheffingen heeft ingesteld voor de voedselimport

Slide 6 - Open question

Wereldhandelsorganisatie: WTO
Duidelijk beleid gericht op afschaffing handelsbelemmeringen:
- importheffingen
- exportsubsidies
- regels

Slide 7 - Slide

Beleid: Gevolgen

Slide 8 - Slide

Van vooral welke goederen is de productie verplaatst?
A
Landbouwproducten
B
Kleding / textiel
C
Industrie
D
Moeilijke diensten (advocaat, financiële dienstverlening e.d.)

Slide 9 - Quiz

Beleid
Transportkosten dalen & geen oponthoud bij grens e.d.
--> Relatieve afstand daalt
--> totale productiekosten dalen, wanneer men elders produceert
--> Verplaatsing van productie

Bedrijfsonderdelen verspreid over meerdere landen
= Multinational (MNO's)

Slide 10 - Slide

Let uit wat "open grenzen"
met de foto te maken hebben

Slide 11 - Open question

Welk werelddeel handelt het minst?
A
Europa
B
Noord-Amerika
C
Azië
D
Afrika

Slide 12 - Quiz

Handel blijft geconcentreerd:
Triade (VWO):
Drie handelsblokken blijven het belangrijkst (EU, N-Amerika, Azië)


Slide 13 - Slide

Wat hoort waar?
Centrum
Semi-Periferie
Periferie
Primaire sector
Tertiaire sector
Secundaire sector
Winst
Groeiende economie
Afhankelijk

Slide 14 - Drag question

Huiswerk:

Slide 15 - Slide