Leereenheid 6, aardappel en groente

• Voeding
• MBO
• Studiejaar 1

Terugblik!

Aardappelen, groenten en paddenstoelen

Tekst

Wat hebben jullie geleerd over de aardappel?

noteer zo veel mogelijk punten die in de vorige les behandeld zijn?
5 min

Aardappelen zijn:

1. Knollen die groeien aan de wortels van de aardappelplant.
2. De verdikte delen van de ondergrondse stengel van de aardappelplant.
3. Knollen die groeien aan andere aardappelen.
4. De verdikte delen van de ondergrondse wortels van de aardappelplant.

Welke manier van het bewaren van aardappelen is juist?

1. Bewaar aardappelen licht vochtig, in het donker; anders drogen ze uit. De koeling is de juiste plek.
2. Bewaar aardappelen droog, in een afgesloten plasticzak. Zo voorkom je dat ze gaan schimmelen.
3. Aardappelen bewaar je in een plastic zak rond de 18ºC, zo voorkom je dat ze bevriezen
4. Vermijd stoten of vallen, bewaar aardappelen niet in plastic maar in het donker rond de 10ºC.

De belangrijkste voedingswaarde van de aardappel bestaat uit:

1. Water
2. Koolhydraten
3. Eiwit
4. Vet

Welke groenten horen bij de bladgroenten?

1. Paksoi en Lollo Bionda
2. Boerenkool en spinazie
3. Prei en witlof
4. Tuinkers en linzen

Hoe kan het dat witte asperges wit zijn en groene asperges groen?

1. Dit heeft te maken met het ras van de asperges.
2. Dit heeft te maken met de grond; veen grond geeft groene asperges, kleigrond geeft witte asperges.
3. Witte asperges groeien onder de grond, groene asperges erboven.
4. Groene asperges groeien onder de grond, witte asperges erboven.

Welke van de volgende groenten behoort niet tot de uigewassen?

1. Knoflook
2. Radijs
3. Sjalot
4. Prei

De aspergeteelt loopt van ……………..tot………………

1. Eind maart tot en met 24 mei
2. Begin april tot en met 24 juni
3. Eind mei tot en met 24 juli
4. Eind april tot en met 24 juli

Paddenstoelen
Sporen zijn……………

1. De hoed van de paddenstoel.
2. De steel van de paddenstoel.
3. De zaadjes van de paddenstoel.
4. De vruchten van de paddenstoel.

Het telen van champignons gebeurt op …………………

1. Grote schaal in kweekcellen, in het donker bij een warme temperatuur.
2. Grote schaal in kweekcellen, bij daglicht bij een warme temperatuur.
3. Kleine schaal in kweekcellen, in het donker bij een koele temperatuur.
4. Kleine schaal in kweekcellen, bij daglicht bij een koele temperatuur.

Wanneer hebben verse paddenstoelen de beste kwaliteit?

1. Wanneer de hoed gesloten is.
2. Wanneer ze zacht en slijmerig aanvoelen.
3. Wanneer ze erg vochtig zijn.
4. Wanneer ze erg droog zijn.