Economie wat heb je nodig herhaling

Hoofdstuk 1
'Wat heb je nodig?'


Oefentoets
1 / 28
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 1
'Wat heb je nodig?'


Oefentoets

Slide 1 - Slide

Brood is een basisbehoefte.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 2 - Quiz

Als ik mijn boodschappen ga doen bij de AH. Hoe noem je deze uitgaven?
A
Huishoudelijke uitgaven
B
Incidentiele uitgaven
C
Vaste lasten

Slide 3 - Quiz

Rond af:
€ 16,321
A
€ 16,32
B
€ 16,33

Slide 4 - Quiz

Rond af:
€ 23,457
A
€ 23,45
B
€ 23,46

Slide 5 - Quiz


Hoe noem je dit?
A
Smaaktest
B
consumenten- organisatie
C
Budgetteren
D
Vergelijkend Warenonderzoek

Slide 6 - Quiz

Als jij een bepaalde telefoon koopt omdat de verkoper in de winkel je overtuigt dat dat de beste telefoon is dan noem je dat...
A
Sociale beïnvloeding
B
Commerciële beïnvloeding

Slide 7 - Quiz

Als jij een bepaald merk mobiele telefoon wil omdat je vriend ook zo'n telefoon heeft, dan noem je dat...
A
Sociale beïnvloeding
B
Commerciële beïnvloeding

Slide 8 - Quiz

Samen met een vriend ga jij naar een nieuwe school. Jij krijgt een nieuwe Cortina, jouw vriend een elektrische fiets.

Slide 9 - Slide

De keuze voor het verschil in de fiets heeft te maken met...
A
Budget
B
Geslacht
C
Leeftijd

Slide 10 - Quiz

Een I-phone is een basisbehoefte.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Basisbehoeften
Overige behoeften
Vakantie
Auto
Spijkerbroek
Telefoon
Brood
Huis

Slide 12 - Drag question

Wat is geen vorm van consumeren?
A
Je kweekt zelf andijvie
B
Je koopt zelf een fiets
C
Je bestelt een cola in de bar
D
Je gaat naar de kapper

Slide 13 - Quiz

Bereken de gemiddelde prijs :
€ 5,50 / € 6,95 / € 7,50 / 4,75 / € 5,30
schrijf in euro's met 2 decimalen

Slide 14 - Open question

Je favoriete vlogger eet elke vlog Doritos. Dit is een vorm van:
A
sociale beïnvloeding
B
commerciële beïnvloeding

Slide 15 - Quiz

Welke 2 soorten behoeften zijn er?

Slide 16 - Open question

wat is geen basis behoefte?
A
woning
B
kleding
C
mobiele telefoon
D
broodje kaas

Slide 17 - Quiz

een knipbeurt bij de kapper is een
A
goederen
B
dienst

Slide 18 - Quiz

een broodje kopen bij de bakker is een
A
goederen
B
dienst

Slide 19 - Quiz

Een reis met de bus is een
A
goederen
B
dienst

Slide 20 - Quiz

Je bouwt je eigen huis, is dit consumeren?
A
ja
B
nee

Slide 21 - Quiz

Je eigen spelcomputer bouwen en in elkaar zetten, is dit een vorm van zelfvoorziening?
A
ja
B
nee

Slide 22 - Quiz

Een big mac menu kopen bij de Mc Donalds is een vorm van consumeren?
A
ja
B
nee

Slide 23 - Quiz

in de vorige vraag is de consument Mc Donalds?
A
ja
B
nee

Slide 24 - Quiz

sociale media is een vorm van sociale beïnvloeding
A
ja
B
nee

Slide 25 - Quiz

Jasmijn spaart 10 euro per week . Hoe noem je deze 10 euro?
A
inkomen
B
budget

Slide 26 - Quiz

geef een voorbeeld van een consumentenorganisatie

Slide 27 - Open question

Twan koopt een nieuwe Iphone, maar deze begint na 2 weken te haperen met het geluid. Wat kan Twan doen?
A
Het is een deugdelijk product, dus niks
B
met de fabriek bellen voor een nieuwe
C
Naar de winkel terug met het garantiebewijs
D
Een nieuwe telefoon kopen van een ander merk

Slide 28 - Quiz