H11 5wisA G&R les 8

H11 Het toetsen van hypothesen
Les 8
1 / 24
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 24 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H11 Het toetsen van hypothesen
Les 8

Slide 1 - Slide

Vandaag
gemaakt opg 22,23,25,26,27,28
bespreken: opg 28

theorie 11.3A: beslissingsvoorschrift
   voorbeeld opg 30

mk opg 30,31,32,33 (donderdag 6 juni)

Slide 2 - Slide

11.3A beslissingsvoorschrift
De vraag: ga ik een vulmachine wel of niet bijstellen?

Slide 3 - Slide

11.3A beslissingsvoorschrift
De vraag: ga ik een vulmachine wel of niet bijstellen?
Voorbeeld blz. 182. Elke fles zou 400 ml. moeten bevatten. Maar is dat wel zo? En wanneer besluit je om de vulmachine anders in te stellen?

Slide 4 - Slide

11.3A beslissingsvoorschrift
De vraag: ga ik een vulmachine wel of niet bijstellen?
Voorbeeld blz. 182. Elke fles zou 400 ml. moeten bevatten. Maar is dat wel zo? En wanneer besluit je om de vulmachine anders in te stellen?

Waarom moet je een vulmachine anders instellen?

Slide 5 - Slide

voorbeeld blz. 182
De vulmachine is zo ingesteld: de inhoud is X ml, deze is normaal verdeeld met          = 400 en           = 4.  
μX
σX

Slide 6 - Slide

voorbeeld blz. 182
De vulmachine is zo ingesteld: de inhoud is X ml, deze is normaal verdeeld met          = 400 en           = 4.  
Na verloop van tijd twijfelt men of dit nog wel klopt? Is het gemiddelde nog wel 400 ml?
μX
σX

Slide 7 - Slide

voorbeeld blz. 182
De vulmachine is zo ingesteld: de inhoud is X ml, deze is normaal verdeeld met          = 400 en           = 4.  
Na verloop van tijd twijfelt men of dit nog wel klopt? Is het gemiddelde nog wel 400 ml?
Wat kun je doen?
μX
σX

Slide 8 - Slide

voorbeeld blz. 182
De vulmachine is zo ingesteld: de inhoud is X ml, deze is normaal verdeeld met          = 400 en           = 4.  
Na verloop van tijd twijfelt men of dit nog wel klopt? Is het gemiddelde nog wel 400 ml?
Wat kun je doen?
Wanneer ga je de machine bijstellen?
μX
σX

Slide 9 - Slide

voorbeeld blz. 182
Je neemt een steekproef van 25 flessen, n = 25          
        = 400 en        =  4
μX
σX

Slide 10 - Slide

voorbeeld blz. 182
Je neemt een steekproef van 25 flessen, n = 25          
        = 400 en        =  4

Het steekproefgemiddelde is normaal verdeeld met
μX
σX

Slide 11 - Slide

voorbeeld blz. 182
Je neemt een steekproef van 25 flessen, n = 25          
        = 400 en        =  4

Het steekproefgemiddelde is normaal verdeeld met


Nu blijkt het steekproefgemiddelde 401 ml te zijn? Wat beslis je?
μX
σX

Slide 12 - Slide

voorbeeld blz. 182
.

Nu is het steekproefgemiddelde 399? Wat doe je?

Slide 13 - Slide

voorbeeld blz. 182
.

Nu is het steekproefgemiddelde 399? Wat doe je?
Nu is het steekproefgemiddelde 405? Wat je doe?

Slide 14 - Slide

voorbeeld blz. 182
.

Nu is het steekproefgemiddelde 399? Wat doe je?
Nu is het steekproefgemiddelde 405? Wat je doe?

Beslissingsvoorschift: Als het gemiddelde boven de 402 of onder de 398 ligt, dan stel ik de machine bij.

Slide 15 - Slide

voorbeeld blz. 182
.

Nu is het steekproefgemiddelde 399? Wat doe je?
Nu is het steekproefgemiddelde 405? Wat je doe?

Beslissingsvoorschift: Als het gemiddelde boven de 402 of onder de 398 ligt, dan stel ik de machine bij. Wat is het risico?

Slide 16 - Slide

voorbeeld blz. 182
.


Er bestaat een kans dat je
de verkeerde beslissing neemt.


Slide 17 - Slide

voorbeeld blz. 182
.


Er bestaat een kans dat je
de verkeerde beslissing neemt.
Wat is hier rechts het risico op
een foute beslissing?

Slide 18 - Slide

opgave 30

Slide 19 - Slide

11.3B significantieniveau
hypothesen:

Slide 20 - Slide

11.3B significantieniveau

Slide 21 - Slide

11.3B significantieniveau

Slide 22 - Slide

voorbeeld opgave 32

Slide 23 - Slide

Huiswerk
mk opg 22,23,25,26,27,28

weektaak week 22/23:
mk opg 22,23,25,26,27,28 (dinsdag 4 juni) en
opg 30,31,32,33 (donderdag 6 juni) en
opg 35,36,37,38 (vrijdag 7 juni)

Slide 24 - Slide