Woordjes: Lektion 6, 7 & 8
Grammatica:
- Werkwoorden op d/t , haben, möchten, müssen, können, mögen
- bepaalde en onbepaalde lidwoorden (1e + 4e naamval)
- um / am
- alle bezittelijke voornaamwoorden enkelvoud (mein_, dein_, sein_, ihr_)
- Endung -in (bijv.: der Koch – die Köchin, der Lehrer - die Lehrerin)
- persoonlijke voornaamwoorden
Leesvaardigheid