een aantal examenopgaven te maken die gaan over positieve en negatieve getallen, grote getallen, decimale getallen afronden, afronden op ronde getallen, afronden in de praktijk en breuken.
1 / 19
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4
This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 120 min
Items in this lesson
Welkom allemaal!
Vandaag leer je...
een aantal examenopgaven te maken die gaan over positieve en negatieve getallen, grote getallen, decimale getallen afronden, afronden op ronde getallen, afronden in de praktijk en breuken.
Slide 1 - Slide
Wat gaan we doen vandaag?
Een klein testje maken
Uitleg over theorie en opgave 1 t/m 10 maken
Weer een klein testje maken
Uitleg over theorie en opgave 11 t/m 20 maken
Nakijken en verbeteren
Slide 2 - Slide
Er staat een zachte wind en de luchttemperatuur is -12. Wat is de gevoelstemperatuur? (plaatje staat ook op Blz. 8)
Slide 3 - Open question
Wat is het verschil tussen de hoogste en de laagste gevoelstemperatuur? Kijk naar de tabel van net!
A
54 graden
B
74 graden
C
64 graden
Slide 4 - Quiz
Schrijf achthonderddrieëndertig duizend uit in cijfers
Slide 5 - Open question
Een Nederlander gebruikt gemiddeld 119 liter water per dag. Hoeveel gebruiken alle Nederlanders op een dag?
Slide 6 - Open question
Stefan huurt een kamer voor 262,50 per maand. De huur wordt met 3% verhoogd. Bereken de nieuwe huurprijs, rond af op twee decimalen
Slide 7 - Open question
Een scooter kost nu 2187 euro, maar volgende maand gaat de prijs met 4,5% omlaag. Hoe duur kost de scooter dan?
Slide 8 - Open question
Rekenen met positieve en negatieve getallen
Slide 9 - Slide
Grote getallen
Duizend, miljoen en miljard
Vuistregel: Nederland heeft 17,5 miljoen mensen
TIP: schrijf het getal eerst helemaal uit voordat je er mee gaat rekenen.
Voorbeeld: 1/5 deel van de Nederlanders woont in Brabant. Hoeveel mensen wonen er in Brabant?
Slide 10 - Slide
Decimale getallen
1,0783548 - Afronden op 1 decimaal - Afronden op 2 decimalen - Afronden op 3 decimalen
Slide 11 - Slide
Rond 12.841 af op een honderdtal
Slide 12 - Open question
Rond 213.985.473 af op miljoenen. (gebruik het woord miljoen)
Slide 13 - Open question
Chantal zit in een klas van 18 leerlingen. Ze wil de klas en de docent trakteren op ijsjes. In een doos zitten 6 ijsjes. Hoeveel dozen ijsjes moet zij kopen?
Slide 14 - Open question
Driekwart van de 800 leerlingen van de school komt met de fiets. Schrijf dit op in een breuk
Slide 15 - Open question
ongeveer 3/5 van de 800 leerlingen van de school komt met de fiets. Hoeveel leerlingen komen met de fiets?
Slide 16 - Open question
Afronden op hele getallen
Slide 17 - Slide
Afronden in de praktijk
Afronden in de praktijk hangt af van de situatie
Ik kan bijvoorbeeld geen 3,43 personen hebben
Of 6,13 dozen met ijsjes
Slide 18 - Slide
Breuken
Hoe reken je 2/3 uit van 1290?
Deel de cijfers in de breuk door elkaar en vermenigvuldig met het andere getal.