This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
zelfbeeld
Slide 1 - Slide
terugblik
- butterfly circus
- self fulfilling prophecy
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
doelen
- je leert om te werken met het g-schema.
- je leert om niet helpende gedachten om te zetten in helpende
Slide 4 - Slide
Hoe voel je je vandaag?
😒🙁😐🙂😃
Slide 5 - Poll
In welke mate heeft je gevoel te maken met je zelfbeeld? (0 is niets, 100 is heel veel)
Slide 6 - Poll
geef nooit op... een filmpje
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
soorten gedachten
Alsof iemand je positieve of negatieve dingen influistert. Zo heb je twee soorten gedachten:
1.) helpende
2.) niet helpende
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
G-schema
Slide 11 - Slide
Niet-helpende gedachten
Deze gedachten horen bij een vast mindset en zullen je niet snel verder helpen in je ontwikkeling. Toch kunnen ze voorkomen, maar wees je er bewust van: zo kun je ze veranderen.
Helpende gedachten
Deze gedachten horen bij de groeimindset. Als je vaak dit soort gedachten hebt, zal dit je helpen bij het positief leren.
Pas op!
Teveel niet-helpende gedachten zorgen ervoor dat je niet meer verder gaat. Het wordt dan steeds lastiger om over het muurtje te springen. Spring op tijd naar de helpende gedachten!
Spring!
Spring naar de helpende gedachten als je in niet-helpende gedachten komt.
Slide 12 - Slide
gebeurtenis (de G1)
een gedachte volgt (G2)
Met gevolgen in gevoelens en gedragingen (derde,vierde, vijfde G)
Slide 13 - Slide
G1 gebeurtenis: toets Nederlands
G2 gedachte: 'Dat wordt helemaal niets, de vorige toets ging ook vet slecht!'
G3 gevoel: het leren wil niet goed en stress voor de toets Nederlands
G4 gedrag: het leren wil niet
G5 gevolg: toetsstress --> onvoldoende
Slide 14 - Slide
In het G-denken nemen we aan dat we het lastige gevoel niet zomaar kunnen veranderen.
Gevoelens heb je nu eenmaal en het helpt niet als je alleen maar tegen jezelf zegt dat je niet bang hoeft te zijn. Sterker nog, het helpt juist als je weet dat je die gevoelens hebt en je ze kunt signaleren en accepteren.
Angst wordt echter niet rechtstreeks door het iets opgeroepen, maar vooral door alles wat je erover bedenkt.
Slide 15 - Slide
helpende gedachten
Slide 16 - Slide
Hieronder staan begrippen en uitspraken die je kunnen helpen bij het positief denken en ze kunnen ervoor zorgen dat je minder gaat stressen en zelfvertrouwen gaat krijgen. Koppel de begrippen aan de uitspraak.
Denk aan de goede dingen die wel gelukt zijn
Een rustmoment zorgt ervoor dat je nieuwe energie krijgt.
Wees niet te streng voor jezelf. Denk na over oplossingen.
Er zijn mensen die het veel slechter hebben dan jij.
Als je uitzoekt wat er fout ging kun je daarvan leren
accepteer
relax
van fouten leren
positiviteit
relativeer
Slide 17 - Drag question
Oefening
Slide 18 - Slide
1. neem een negatieve gebeurtenis in je gedachten en schrijf deze op.
- beschrijf het zo concreet mogelijk
- waar was je?
- met wie was je?
- wanneer was je daar?
- enz.
Slide 19 - Slide
2. gedachten
welke gedachten riepen de gebeurtenissen bij je op?
Slide 20 - Slide
3. gevoelens en gedrag
Slide 21 - Slide
was het een helpende of niet-helpende gedachte?
Je doet dat door bij elke gedachte twee vragen te stellen:
Is de gedachte waar of terecht? Verplaats jezelf maar in de stoel van de rechter...
Helpt de gedachte mij mijn doel te bereiken?
Slide 22 - Slide
Stap 5. vervang niet-helpende gedachten door helpende gedachten.
Om de niet-helpende gedachten om te zetten naar helpende gedachten wordt er een beroep gedaan op je creativiteit als aanstormend G-denker.
Slide 23 - Slide
voorbeelden
Niet- helpende gedachten:
Zo'n belangrijke gebeurtenis moet perfect zijn.
Iedereen ziet dat ik zenuwachtig ben en ze vinden mij daarom stom.
Probeer bij deze twee niet helpende gedachten een helpende gedachte te bedenken.
Slide 24 - Slide
kaartjes
Kies een helpende gedachte of quote uit die je gaat helpen bij je actie(s) voor de komende week.