This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
zelfbeeld - les 6
Slide 1 - Slide
terugblik
- butterfly circus
- self fulfilling prophecy
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
doelen
- je leert om te werken met het g-schema.
- je leert om niet helpende gedachten om te zetten in helpende gedachten
Slide 4 - Slide
Hoe voel je je vandaag?
😒🙁😐🙂😃
Slide 5 - Poll
In welke mate heeft je gevoel te maken met je zelfbeeld? (0 is niets, 100 is heel veel)
Slide 6 - Poll
geef nooit op... een filmpje
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Video
soorten gedachten
1) helpende
2.) niet helpende
Slide 9 - Slide
Niet-helpende gedachten
Deze gedachten horen bij een vast mindset en zullen je niet snel verder helpen in je ontwikkeling. Toch kunnen ze voorkomen, maar wees je er bewust van: zo kun je ze veranderen.
Helpende gedachten
Deze gedachten horen bij de groeimindset. Als je vaak dit soort gedachten hebt, zal dit je helpen bij het positief leren.
Pas op!
Teveel niet-helpende gedachten zorgen ervoor dat je niet meer verder gaat. Het wordt dan steeds lastiger om over het muurtje te springen. Spring op tijd naar de helpende gedachten!
Spring!
Spring naar de helpende gedachten als je in niet-helpende gedachten komt.
Slide 10 - Slide
gebeurtenis (de G1)
een gedachte volgt (G2)
Met gevolgen in gevoelens en gedragingen (derde,vierde, vijfde G)
Slide 11 - Slide
G1 gebeurtenis: toets Nederlands
G2 gedachte: 'Dat wordt helemaal niets, de vorige toets ging ook vet slecht!'
G3 gevoel: het leren wil niet goed en stress voor de toets Nederlands
G4 gedrag: het leren wil niet
G5 gevolg: toetsstress --> onvoldoende
Slide 12 - Slide
helpende gedachten
Slide 13 - Slide
Hieronder staan begrippen en uitspraken die je kunnen helpen bij het positief denken en ze kunnen ervoor zorgen dat je minder gaat stressen en zelfvertrouwen gaat krijgen. Koppel de begrippen aan de uitspraak.
Denk aan de goede dingen die wel gelukt zijn
Een rustmoment zorgt ervoor dat je nieuwe energie krijgt.
Wees niet te streng voor jezelf. Denk na over oplossingen.
Er zijn mensen die het veel slechter hebben dan jij.
Als je uitzoekt wat er fout ging kun je daarvan leren
accepteer
relax
van fouten leren
positiviteit
relativeer
Slide 14 - Drag question
Oefening
Slide 15 - Slide
1. neem een negatieve gebeurtenis in je gedachten en schrijf deze op.
- beschrijf het zo concreet mogelijk
- waar was je?
- met wie was je?
- wanneer was je daar?
- enz.
Slide 16 - Slide
2. gedachten
welke gedachten riepen de gebeurtenissen bij je op?
Slide 17 - Slide
3. gevoelens en gedrag
- Welke gevoelens riep het in je op?
- Hoe ging je je gedragen? Veranderde je gedrag?
Slide 18 - Slide
4. was het een helpende of niet-helpende gedachte?
Je doet dat door bij elke gedachte twee vragen te stellen:
Is de gedachte waar of terecht? Verplaats jezelf maar in de stoel van de rechter...