K-2.1 lekker lezen - T-2.3 Gedicht

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 2
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel 
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 2
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel 
3.
Arrangementen + mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Kader: Open je boek van Nederlands blz 64

Theoretisch: Open je boek van Nederlands blz 75. Jullie gaan zelfstandig aan de slag. 
Lees voordat je start eerst de theorie goed door! 
Daarna maak je opdracht 5 en 6



Slide 2 - Slide

2. Lesdoel
Aan het einde van de les:
- kun je zeggen bij welke verhaalsoort een verhaal hoort
- kun je je leeservaring beschrijven
- herken je bijzonder taalgebruik 

Slide 3 - Slide

Fictie/non-fictie
Fictie = zelfverzonnen verhalen 
- Kunnen realistisch zijn (zou in het echt kunnen gebeuren)
- Kunnen ook onrealistische verhalen zijn (fantasie)


Non-fictie = daadwerkelijk gebeurde verhalen
- Zijn waargebeurd (bijvoorbeeld: verhaal van Nouri / leven van Monica Geuze)

Slide 4 - Slide

Figuurlijk taalgebruik

Slide 5 - Slide

Verhaalsoort - realistisch
Detective: een speurder probeert erachter te komen wie een moord heeft gepleegd of waarom hij dat gedaan heeft.


- Thriller: een spannend verhaal waarin de hoofdpersoon bedreigd wordt, meestal door een misdadiger.


- Ontwikkelingsverhaal: een verhaal dat laat zien hoe iemand niet langer kind is, maar volwassen wordt.

Slide 6 - Slide

Verhaalsoort - niet realistisch
- Sciencefiction: speelt zich meestal af in de toekomst of in de ruimte en gaat vaak over ruimtevaart of nieuwe techniek.


- Fantasy: verhalen met fantasiewezens in een fantasiewereld.


- Dystopie-verhaal: een utopie is een heel mooie, ideale wereld. Het tegenovergestelde is een dystopie: een wereld die verpest is door rampen of door slechte leiders. Een dystopieverhaal speelt zich af in zo’n wereld, meestal in de toekomst.

Slide 7 - Slide

Genres
Verhalen: onderverdelen in genres          kijk naar het onderwerp van het verhaal.  Verschil in realistische genres (detective, thriller, ontwikkelingsverhaal) en minder realistische genres (sciencefiction, fantasy, dystopisch verhaal).

                                                                     Zie blz. 73 voor uitleg genres

Slide 8 - Slide

Genres 
  • Thriller
  • Fantasy
  • Dystopische roman
  • Ontwikkelroman
  • Psychologische roman
  • Reisverhaal

Slide 9 - Slide

Leeservaring beschrijven
Uitleggen wat je van het verhaal vond door beoordelingswoorden + argumenten

Twee verschillende soorten beoordelingswoorden:
- wat het verhaal met je doet
- hoe realistisch je het vond                                            Zie blz. 74

Slide 10 - Slide

Beoordelingswoorden
Leeservaring
Realistisch 
Boodschap of levensopvatting
Spannend - saai
Realistisch - onrealistisch 
Goed - slecht 
Begrijpelijk - onbegrijpelijk
Geloofwaardig - ongeloofwaardig
Sociaal - asociaal 
Laat me meeleven - zegt me niets 
Overtuigend - niet overtuigend 
Keur ik af - keur ik goed
Apart - gewoon
Levensecht - bedacht 
Lomp - beleefd
Geheimzinnig - helder
Herkenbaar - niet herkenbaar 
Een goed voorbeeld - Een slecht voorbeeld
Ontroerend - doet me niets
Ongelofelijk - kan het voorstellen
Belangrijk - onbelangrijk 

Slide 11 - Slide

4. Instructie
Dadelijk luisteren we een stukje uit het boek: 
Onder mijn huid. 

Wie is de schrijver van dit boek?


Slide 12 - Slide

Daar krijg je spijt van
Blz. 64 - 68

Lees mee terwijl ik het verhaal laat horen. 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig opdracht 1, 3 en 4 op blz 68 t/m 71




Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
Daarna pak je je leesboek en ga je in stilte lezen. 
timer
1:00

Slide 15 - Slide

7. Evaluatie 
Hoe ging de les?
Zijn er opdrachten waar je moeite mee had?
Heb je nog ergens vragen over? 


- kun je zeggen bij welke verhaalsoort een verhaal hoort?
- kun je je leeservaring beschrijven?
- herken je bijzonder taalgebruik ?

Slide 16 - Slide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk: 
Kader:
Donderdag 7 november
Opdracht 1, 3 en 4 op blz 68 t/m 71
Theoretisch:
Donderdag 7 november
2.3 opdracht 5 en 6


Toetsen: 
-


Slide 17 - Slide