What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Stof proefwerk P3
Grammatik Wiederholung
Welke onderwerpen hebben we behandeld?
1 / 17
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2
This lesson contains
17 slides
, with
text slides
.
Lesson duration is:
80 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Grammatik Wiederholung
Welke onderwerpen hebben we behandeld?
Slide 1 - Slide
die Prüfung
Woorden (zoals het erboven staat)
:
Kapitel 5 en Kapitel 6
Geen zinnen!!
Grammatica
:
haben – sein – werden o.t.t (herhaling)
ontleden (1, 3 + 4 naamval)
voorzetsels met 4 + 3 naamval
persoonlijke vnw met 1 + 3 naamval
vertaling van ‘naar’ en ‘bij’
Slide 2 - Slide
Zinsontleding
alle ww in de zin=
het gezegde
wie/wat+ gezegde=
het onderwerp (1e naamval)
wat + gezegde+ onderwerp=
lijdend voorwerp (4e naamval)
Aan wie/ voor wie=
meewerkend voorwerp (3e naamval)
Slide 3 - Slide
Het der/ein schema
der
dem
den
die
der
die
das
dem
das
die
den..... n
die
Naamval
1e
hij
3e
aan hem
4e
hem
mannelijk vrouwelijk onzijdig meervoud
ein
einem
einen
eine
einer
eine
keine
keinen.....n
keine
ein
einem
ein
Ein- schema
mannelijk vrouwelijk onzijdig meervoud
Naamval
1e
hij
3e
aan hem
4e
hem
Der- schema
Slide 4 - Slide
der/ein woorden
dies
- deze
jed
- ieder
jen
- die
manch
- sommige
solch
- zulke
welch
- welke
all
- alle
mein
- mijn
dein-
jouw
ihr
- haar
sein
- zijn
unser
- onze
eure/euer
jullie
ihr/ Ihr-
hun/ uw
kein
- geen
Der- woorden
Ein- woorden
Voorbeeld?
Meine Katze heißt Siepie.
Welche Schuhe trägst du?
Slide 5 - Slide
Voorzetsels met vierde naamval
door
voor
tegen
zonder
om
durch
für
gegen
ohne
um
Wir fahren
durch
den
Tunnel.
Der Platz ist
für
seinen
Vater.
Ich spiele heute
gegen
meine
Schwester.
Ohne
die
Eintrittskarte dürfen wir nicht.
Peter joggt eine Runde
um
den
Park.
Slide 6 - Slide
Voorzetsels met derde naamval
uit
bij
met
na, naar
sinds
van
naar
aus
bei
mit
nach
seit
von
zu
Wir fahren
aus
dem
Tunnel.
Der Hund ist
bei
seinem
Vater.
Ich spiele heute
mit
meiner
Schwester.
Wir fahren
nach
Munchen.
Das gibt es
seit
einem
Jahr.
Das Ticket war
von
ihren
Eltern.
Er geht
zu
seinem
Freund.
Slide 7 - Slide
Üben!
(het)...... Kind gibt sein...... Mutter ein..... Blume.
(de)....... Frau schreibt mit ihr....... Mann ein..... Karte.
(de)........ Hund gibt d....... Kind ein...... Pfote.
Slide 8 - Slide
Persoonlijk voornaamwoord
Ich
du
er
sie
es
wir
ihr
sie
Sie
ik
jij
hij
zij
het
wij
jullie
zij
u
1e naamval
(onderwerp)
3e naamval
(meewerkend voorwerp)
mij
jou
hem
haar
het
ons
jullie
hun/hen
u
mir
dir
ihm
ihr
ihm
uns
euch
ihnen
Ihnen
Slide 9 - Slide
Üben!
1. Ich gebe ............. (jou) die Blumen.
2. (Wij)....... spielen mit ............ (hem)
Slide 10 - Slide
Grammatik
De vertaling van "naar" en "bij"
Slide 11 - Slide
De vertaling van "naar"
4 verschillende mogelijkheden
zu+ 3
Bij personen, meestal ook bij dingen (gebouwen, plekken, enz.)
Ik ga
naar
mijn oma
Ich fahre
zu
meiner Oma
nach
Bij een richting
zonder
lidwoord
Ik ga
naar
links
Iich fahre
nach
links
Slide 12 - Slide
De vertaling van "naar"
4 verschillende mogelijkheden
nach
Bij aardrijkskundige namen
zonder
lidwoord
Ik ga
naar
Berlijn
Ich fahre
nach
Berlin
In +4
Bij aardrijkskundige namen
met
lidwoord
Ik ga
naar
zwitserland
Ich fahre
in
die Schweiz
Slide 13 - Slide
De vertaling van "bij"
2 verschillende mogelijkheden
bei +3
Bij
rust/ toestand
je kunt vragen: WAAR?
zij woont
bij
hem
sie wohnt
bei
ihm
zu +3
Bij
beweging
je kunt vragen: WAARHEEN?
hij komt
naar
mij
toe
Er kommt
zu
mir
Slide 14 - Slide
Werden
Hoe vertaal je het werkwoord werden?
Slide 15 - Slide
das Verb: Werden
Worden:
Sie wird immer freundlicher
Zullen:
Sie wird morgen zur Party kommen
ich
du
er/sie/es
wir
ihr
sie/Sie
werde
w
i
rst
w
i
rd
werden
werd
e
t
werden
Slide 16 - Slide
Oefenen?
Persoonlijk voornaamwoord
http://www.talenwijzer.com/vaste-voorzetsels-derde-naamval---persoonlijk-voornaamwoord-invullen.html
https://www.mevrouwduits.nl/2021/12/05/naamvallen-oefenen-alles-door-elkaar/
https://www.mevrouwduits.nl/2021/06/18/ein-groep-1e-naamval-oefenen/
https://www.mevrouwduits.nl/2021/06/13/der-groep-in-de-1e-en-4e-naamval-oefenen/
Naamvallen
Werden
http://www.talenwijzer.com/duitse-onregelmatige-werkwoorden-werden-tegenwoordige-tijd.html
http://www.talenwijzer.com/werden-invuloefening-vervoeging-tegenwoordige-tijd.html
Slide 17 - Slide
More lessons like this
Woensdag 12 juni B2j
June 2024
- Lesson with
24 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2
Maandag 10 juni B2e
June 2024
- Lesson with
30 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t, havo
Leerjaar 2
Anne Frank, ihr kurzes Leben
September 2022
- Lesson with
15 slides
by
Anne Frank House
History
Primary Education
Secondary Education
Age 11-13
Anne Frank House
3 h Gesundheit DU4 L1
October 2024
- Lesson with
20 slides
Duits
Secondary Education
4T K2 voorzetsels en voornaamwoorden
December 2018
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
3 havo Kapitel 2 4 les DU 4
October 2024
- Lesson with
23 slides
Duits
Secondary Education
K2 les 2 grammatik + lezen
October 2024
- Lesson with
18 slides
Duits
Secondary Education
Anne Frank, das Hinterhaus
September 2022
- Lesson with
13 slides
by
Anne Frank House
History
Secondary Education
Primary Education
Age 11-13
Anne Frank House