Delen met splitsen onder de 100

Delen met splitsen onder de 100
1 / 19
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Delen met splitsen onder de 100

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je delen met splitsen toepassen op getallen onder de 100. Je kunt ook uitleggen hoe je de deling uitvoert met behulp van splitsen.

Slide 2 - Slide

Vertel de leerlingen wat ze aan het einde van de les zullen leren en waarom het belangrijk is.
Wat weet je al van delen met splitsen voor getallen onder de 100?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Wat is delen met splitsen?
Delen met splitsen is een methode om grote getallen te delen door deze op te breken in kleinere getallen die gemakkelijker te delen zijn.

Slide 4 - Slide

Leg uit wat delen met splitsen betekent en waarom we deze methode gebruiken.
Voorbeeld
Bijvoorbeeld, als we 64 willen delen door 8, kunnen we het opbreken in 60 + 4 en dan delen we beiden. Dit geeft ons 7 met een rest van 4.

Slide 5 - Slide

Geef een voorbeeld van delen met splitsen en laat de leerlingen zien hoe het werkt.
Wanneer gebruiken we delen met splitsen?
We gebruiken delen met splitsen wanneer het delen van het gehele getal niet gemakkelijk kan worden uitgevoerd.

Slide 6 - Slide

Leg uit in welke situaties we deze methode gebruiken en waarom het handig kan zijn.
Interactieve oefening
Oefen met delen met splitsen door deze interactieve oefening te voltooien: 36 ÷ 6

Slide 7 - Slide

Voeg een interactieve oefening toe om de leerlingen te laten oefenen met delen met splitsen.
Meerkeuzevraag
Wat is 88 ÷ 8?

Slide 8 - Slide

Stel een meerkeuzevraag om te controleren of de leerlingen begrijpen hoe ze delen met splitsen moeten toepassen.
Stap 1
Splits het eerste cijfer van het getal dat je wilt delen af. Bijvoorbeeld, om 84 te delen door 7, splitsen we 80 af.

Slide 9 - Slide

Laat de leerlingen zien wat de eerste stap is bij het toepassen van delen met splitsen.
Stap 2
Bereken het quotiënt voor de afgesplitste getallen. In ons voorbeeld is 80 gedeeld door 7 gelijk aan 11.

Slide 10 - Slide

Laat de leerlingen zien hoe ze het quotiënt berekenen voor de afgesplitste getallen.
Stap 3
Vermenigvuldig het quotiënt met de noemer om het deel te krijgen dat we hebben afgesplitst.

Slide 11 - Slide

Laat de leerlingen zien hoe ze het deel krijgen dat ze hebben afgesplitst.
Stap 4
Trek het deel dat we hebben afgesplitst af van het oorspronkelijke getal. In ons voorbeeld is 84 - 77 = 7.

Slide 12 - Slide

Laat de leerlingen zien hoe ze het deel dat ze hebben afgesplitst, moeten aftrekken van het oorspronkelijke getal.
Stap 5
Herhaal de stappen 1 tot en met 4 totdat er geen rest meer is.

Slide 13 - Slide

Laat de leerlingen zien hoe ze de stappen moeten herhalen totdat er geen rest meer is.
Voorbeeld
Laten we 96 delen door 8. We splitsen 90 af en krijgen 11 als quotiënt. Dan vermenigvuldigen we 11 met 8 om 88 te krijgen. Trek 88 af van 96 en krijg 8. We splitsen 8 op in 0 en 8. We krijgen 1 als quotiënt. Vermenigvuldig 1 met 8 om 8 te krijgen. Trek 8 af van 8 en krijg 0.

Slide 14 - Slide

Geef een voorbeeld van hoe de stappen moeten worden toegepast bij het delen van een groter getal.
Interactieve oefening
Oefen met delen met splitsen door deze interactieve oefening te voltooien: 56 ÷ 7

Slide 15 - Slide

Voeg een interactieve oefening toe om de leerlingen te laten oefenen met delen met splitsen.
Meerkeuzevraag
Wat is 72 ÷ 6?

Slide 16 - Slide

Stel een meerkeuzevraag om te controleren of de leerlingen begrijpen hoe ze delen met splitsen moeten toepassen.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 17 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 18 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 19 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.