2.11 Woordenschat

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 2
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 2
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Pak je boek + schrift van Nederlands, laat het nog even dicht!

Slide 2 - Slide

2. Leergebiedoverstijgende doelen
Zelfstandig leren
- Werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld. 

Als er staat leg je antwoord uit, doe je dat. 




Slide 3 - Slide

Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 
???

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
???

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
???

Slide 4 - Slide

3. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- begrijp je de betekenis van verschillende schooltaalwoorden. 
- begrijp je de betekenis van verschillende woorden uit leesteksten. 
- herken je samenstellingen. 
- weet je wat figuurlijke taal is. 

Slide 5 - Slide

Verdiept arrangement:
Namen lln. 

Huiswerk noteren + maken:
Les: 2.11
blz.:  80 t/m 81
opdr.: 1 - 3 - 4 

Slide 6 - Slide

Minicheck
Beantwoord de volgende 3 vragen! Onthoud hoeveel je er goed hebt. 

Slide 7 - Slide

Het aantal diefstallen neemt toe in de winkelstraat.

Wat is de betekenis van toenemen?
A
Voor een deel
B
Niet meer dan
C
Minder worden
D
Meer worden

Slide 8 - Quiz

Jan is goed in rappen en tevens in gitaarspelen.

Wat is de betekenis van tevens?
A
minder worden
B
ook
C
volledig
D
niet meer dan

Slide 9 - Quiz

Ik heb behoefte aan een lange vakantie.

Wat is de betekenis van heeft behoefte aan?

A
zin in
B
heeft nodig
C
ook
D
volledig

Slide 10 - Quiz

Wie maakt wat:
Iedereen doet mee met de instructie:
les 2.11, opdr. 1 - 3 - 4, blz. 80 t/m 81

De rest doet mee met de instructie.

Slide 11 - Slide

4. Instructie
Schooltaalwoorden: woorden die je veel op school gebruikt > je komt ze bij alle vakken tegen.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Lees en maak les 2.11, opdr. opdr. 1 - 3 - 4 op blz. 80 t/m 82

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
Naam lln kom aan de instructietafel zitten. 
Dan gaan we samen aan de slag. 

Slide 14 - Slide

6. Zelfstandig werken
Je leest en maakt zelfstandig, in stilte:
V: les 2.11, opdr. 1 - 3 - 4 op blz. 80 t/m 82 -->
B: les 2.11, opdr. 1 - 3 - 4 op blz. 80 t/m 82 --> 
I: les 2.11, opdr. 1 - 3 - 4 op blz. 80 t/m 82 --> 
Ben je klaar?
1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig. 
2. Huiswerk ander vak (af)maken. 
3. Leren toets / lezen / woordzoeker. 
timer
40:00

Slide 15 - Slide

7. Evaluatie
- Zelfstandig leren; werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
 





Slide 16 - Slide

Ik kan het stappenplan moeilijke woorden toepassen om de betekenis van een woord te vinden.
010

Slide 17 - Poll

Ik begrijp de betekenis van verschillende woorden uit leesteksten.
010

Slide 18 - Poll

Ik begrijp de betekenis van verschillende schooltaalwoorden.
010

Slide 19 - Poll

Afsluiting
Ruim je boek en schrift van NE op.

Volgende lesuur: ....................

Slide 20 - Slide