BS 1: Voedingsmiddelen en voedingsstoffen

Welkom!
Doe je telefoon in je tas
Ga op je mentorplek zitten
Log in bij LessonUp en open je boek op blz. 86
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!
Doe je telefoon in je tas
Ga op je mentorplek zitten
Log in bij LessonUp en open je boek op blz. 86

Slide 1 - Slide

Planning
  • Leerdoelen
  • Uitleg BS 1
  • Oefenen met BS 1
  • Huiswerk
  • Afsluiting

Slide 2 - Slide

BS 1: Voedingsmiddelen en voedingsstoffen

Slide 3 - Slide

Leerdoelen:
  • Je kunt de functie van voedingsstoffen en voedingsvezels in voedingsmiddelen noemen.
  • Je kunt de zes groepen voedingsstoffen noemen met hun functies en kenmerken.

Slide 4 - Slide

Voeding
Voedingsmiddelen: alle producten die je eet en drinkt

Slide 5 - Slide

Plantaardig en dierlijk
Voedingsmiddelen: alle producten die je eet en drinkt

Slide 6 - Slide

Functies van voedingsstoffen
Voedingsmiddelen bevatten voedingsstoffen.

Slide 7 - Slide

Functies van voedingsstoffen
Voedingsmiddelen bevatten voedingsstoffen.
  • Stoffen die je lichaam nodig heeft voor energie, groei en herstel.

Er zijn 4 soorten voedingsstoffen:
  • brandstof
  • beschermende stof
  • bouwstof
  • reservestof

Slide 8 - Slide

Zes groepen voedingsstoffen
Ken je al soorten voedingsstoffen?
  • Koolhydraten
  • Eiwitten
  • Mineralen
  • Water
  • Vitaminen
  • Vetten

Slide 9 - Slide

Eiwitten
Eiwitten dienen als bouwstof.
  • Opbouw cytoplasma,
  • DNA
  • Spieren

Te veel eiwit wordt omgezet naar brandstof/reservestof

Slide 10 - Slide

Koolhydraten
Suikers, zetmeel en glycogeen.
  • Vooral als brandstof.
  • Bij overschot: omgezet in vet
  • Glucose -> glycogeen opgeslagen in de lever en spieren.

In dierlijke voedingsstoffen zitten vaak weinig koolhydraten.





Slide 11 - Slide

Vetten
Dient vooral als brandstof.
  • Ook bouwstof en reservestof.

Als je veel vetten binnenkrijgt wordt het als reservestof onder de huid opgeslagen.

Slide 12 - Slide

Water
Dient vooral als bouwstof.
  • Menselijk lichaam - 60% water

Water vervoert stoffen door het lichaam.

Dranken, fruit en groente


Slide 13 - Slide

Mineralen
Dient als beschermende stof.

Worden ook zouten genoemd.
  • calcium, natrium, magnesium, ijzer, etc.


Slide 14 - Slide

Vitaminen
Dient als bouwstof en beschermende stof.
  • Door vitaminen te eten blijf je gezond.

Welke vitaminen ken je?
  • A, B, C, D, K

Slide 15 - Slide

Voedingsvezels
De plantaardige stoffen die je lichaam niet kan verteren.

Koolhydraten uit de celwanden van planten.
  • Groente, fruit, volkorenbrood, noten, peulvruchten.

Zorgen voor goede darmwerking.

Slide 16 - Slide

Zijn er nog vragen?

Slide 17 - Slide

Oefenen met de leerdoelen!

Slide 18 - Slide

Dierlijke voedingsmiddelen
Plantaardige voedingsmiddelen

Slide 19 - Drag question

Wat klopt NIET over vitaminen?
A
Vitaminen zitten veel in fruit
B
Vitaminen kunnen als bouwstof worden gebruikt
C
Vitaminen helpen je lichaam beschermen
D
Vitaminen kunnen als reservestof worden gebruikt

Slide 20 - Quiz

In wat voor voedingsmiddelen zitten koolhydraten? Bijvoorbeeld ...

Slide 21 - Open question

Huiswerk
Maak van 2.1 opdracht 1 t/m 9 (blz. 92)

Weet je een vraag niet? Lees de tekst nog eens. Vraag het daarna pas aan de docent.

Klaar? Kijk je huiswerk na, flitskaarten, test jezelf,
Biologiepagina, lees de basisstof nog eens

Slide 22 - Slide