What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Spelling 2.8 - 3 kader
Spelling 2.8
3 kader
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Voortgezet speciaal onderwijs
Leerroute 3
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Spelling 2.8
3 kader
Slide 1 - Slide
Lesplanning
- Uitleg theorie spelling 2.8 + oefeningen
- Maak opdrachten van spelling 2.8 + nakijken
- Maak online de test jezelf van spelling 2.8
Lesdoel:
- Je kunt
hoofdletters
en
leestekens
correct gebruiken
- Je kunt de regels van
werkwoordspelling
correct toepassen.
Slide 2 - Slide
Leestekens
- Je moet elke dag een leesboek meenemen.
- Let nou eens op!
- Hebben we morgen een toets?
Slide 3 - Slide
Leestekens
- Als het
regent
,
word
je nat.
- Jullie zijn
leuke
,
slimme
leerlingen.
- Vandaag hebben jullie
economie, Nederlands
en wiskunde.
- Geachte meneer,
- Met vriendelijke groet,
Slide 4 - Slide
Moet in de onderstaande zin een komma staan?
'Als een kind slecht gedrag vertoont bemoeit de hele buurt zich ermee.'
A
ja
B
nee
Slide 5 - Quiz
Moet ik de onderstaande zin een komma staan?
'Morgen heb ik twee toetsen: Engels en Nederlands.'
A
ja
B
nee
Slide 6 - Quiz
Moet in deze zin een komma staan?
'Wat een lief klein hondje heb jij!'
A
ja
B
nee
Slide 7 - Quiz
Waar staan de groet en afsluiting correct geschreven?
A
Geachte heer/mevrouw Met vriendelijke groet,
B
Geachte heer/mevrouw, Met vriendelijke groet,
C
Geachte heer/mevrouw, Met vriendelijke groet
D
Geachte heer/mevrouw Met vriendelijke groet
Slide 8 - Quiz
Leestekens
De docent zei
:
'
Over zeven weken is het kerstvakantie
!'
Slide 9 - Slide
Welk citaat is correct geschreven?
A
De leerling zei: Ik heb mijn huiswerk gemaakt.
B
De leerling zei: 'Ik heb mijn huiswerk gemaakt.'
Slide 10 - Quiz
Welk citaat is correct geschreven?
A
Het meisje zei 'Ik ben vandaag jarig.'
B
Het meisje zei: 'Ik ben vandaag jarig.'
Slide 11 - Quiz
Welke zin kloppen ALLE leestekens?
A
Hij zei: Ik heb geen zin om op te staan.
B
Hij zei: 'Ik heb geen zin om op te staan'
C
Hij zei 'Ik heb geen zin om op te staan.'
D
Hij zei: 'Ik heb geen zin om op te staan.'
Slide 12 - Quiz
Hoofdletters
Slide 13 - Slide
In welke zin klopt de hoofdletter?
A
'S middags fiets ik snel naar huis.
B
's Middags fiets ik snel naar huis.
Slide 14 - Quiz
In welke zin klopt de hoofdletter?
A
18 kinderen zitten er in deze klas.
B
18 Kinderen zitten er in deze klas.
Slide 15 - Quiz
In welke zin klopt de hoofdletter?
A
'T is aardig dat je dat vraagt!
B
't Is aardig dat je dat vraagt!
Slide 16 - Quiz
Hoofdletters
Slide 17 - Slide
In welke naam kloppen de hoofdletters?
A
mevrouw Van den Hoven
B
mevrouw van den Hoven
C
mevrouw Van Den Hoven
Slide 18 - Quiz
In welke naam kloppen de hoofdletters?
A
Marleen Van den Hoven
B
Marleen van den Hoven
C
Marleen Van Den Hoven
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Slide
Lesplanning
- Maak van spelling 2.8, opdr. 4, 6a en 7a (blz. 145-147) en maak online de test jezelf van spelling 2.8
= huiswerk
- Klaar? --> Ga lezen.
Lesdoel:
- Je kunt
hoofdletters
en
leestekens
correct gebruiken.
- Je kunt de regels van
werkwoordspelling
correct toepassen.
Slide 21 - Slide
More lessons like this
SPELLING 1.8 en 2.8
October 2024
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
SPELLING oefenen voor de toets H 1.8 en 2.8
20 days ago
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 3
Spelling les 6
November 2021
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
Spelling les 6
June 2022
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
Week 13
April 2021
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
spelling hoofdstuk 6 1hv
March 2020
- Lesson with
11 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Spelling hoofdletters en leestekens
June 2019
- Lesson with
33 slides
Steunles spelling
Middelbare school
vmbo, mavo
Leerjaar 1
Hoofdletters en leestekens
September 2024
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g, t, mavo
Leerjaar 4