20.4

20.4 bastvaten



Opdrachten bespreken; 24, 25 en 28 ....
1 / 22
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 22 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

20.4 bastvaten



Opdrachten bespreken; 24, 25 en 28 ....

Slide 1 - Slide

Doel 20.4
Je leert welke (kleur)stoffen planten maken
Je leert hoe het transport van stoffen plaatsvindt
Je leert hoe houtvaten en bastvaten gebouwd zijn
Je leert welke nutriënten planten nodig hebben


Slide 2 - Slide

bloemkleuren
groen-chlorofyl
oranje -caroteen in chromoplasten
paars/roze/rood- anthocyanen in vacuole

Slide 3 - Slide

Glucose als grondstof
Uit fotosynthese ontstaan glucose en fructose 1,6 difosfaat 
Glucose + fructose 1,6 difosfaat -> Sacharose
2 monosacharides -> 1 disacharide

                    
                        +                              -> 





Slide 4 - Slide

Sacharose
Koolhydraten worden in de vorm van sacharose vervoerd naar andere delen van de plant.

Als het transport trager gaat dan de aanmaak dan wordt glucose omgezet naar zetmeel in chloroplasten. Neemt de hoeveelheid glucose weer af dan wordt zetmeel weer omgezet naar glucose = regeling osmotische waarde chloroplast








Slide 5 - Slide

Bastvaten (zeefvaten/ phloëem)
Bastvaten lopen in vaatbundels samen met houtvaten.
vervoeren organische stoffen en water. Van de bladeren naar de rest van de plant.
bestaan uit langgerekte levende cellen die onderling verbonden zijn met zeefplaten. 

Slide 6 - Slide

Bastvaten (zeefvaten/ phloëem)
Bastvaten bestaan uit langgerekte levende cellen die onderling verbonden zijn met zeefplaten. 

Slide 7 - Slide

Bastvaten (zeefvaten/ phloëem)
Bastvat cellen hebben geen kern en missen ook andere organellen.

Slide 8 - Slide

Bastvaten (zeefvaten/ phloëem)
Bastvaten worden omgeven door begeleidende cellen die de bastvaten voorzien van voedsel en andere benodigde eiwitten.

Slide 9 - Slide

bastvaten

Slide 10 - Slide

Houtvaten (xyleem)
Houtvaten zijn de versterkte celwanden van dode langgerekte cellen.

Slide 11 - Slide

Houtvaten (xyleem)
De verdikkingen in de celwand kunnen rondvormig zijn, spiraalvormig, netvormig of gestippeld.

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Transport bastvaten (source)
1. aanmaak van suikers (source)
2. actief transport suikers naar
bastvaten
3. osmotische waarde stijgt
4. water van houtvaten naar
bastvaten
5. overdruk in bastvaten 

Slide 14 - Slide

Transport bastvaten (sink)
1. elders wordt sacharose 
opgenomen (sink)
2. osmotische waarde daalt in 
het bastvat
3. water verdwijnt uit het bastvat
4. onderdruk in het bastvat

Slide 15 - Slide

Source/ sink
Voorjaareldcde



Zomer/ najaar: source = bladeren, sink = elders
Voorjaar: source = wortels, sink = nieuwe bladeren


Slide 16 - Slide

Sacharose
Bij de doelcel wordt sacharose (of glucose) gebruikt voor:

1. dissimilatie (levert ATP)
2. voortgezette assimilatie (levert andere organische stoffen)
Zoals: eiwitten, cellulose, zetmeel, vetten, RNA, DNA.
Ook gifstoffen, kleurstoffen, pectine (tussencelstof), vitamines









Slide 17 - Slide

Voortgezette assimilatie
Voor het maken van eiwitten, cellulose, zetmeel, vetten, RNA, DNA, gifstoffen, kleurstoffen, pectine (tussencelstof), vitamines
hebben de planten ook andere atomen nodig dan alleen C, H en O.









Slide 18 - Slide

Voortgezette assimilatie
Bepaal met behulp van je BINAS welke atomen planten nodig hebben om van glucose (en fructose) de volgende stoffen te maken: Aminozuren/ Fosfolipiden/ Chlorofyl/ DNA/ ATP

Wat is de functie van deze stoffen in de plant?










Slide 19 - Slide

Nutriënten/ plantenvoeding
Stoffen, buiten C, H en O, die planten nodig hebben:
Veel nodig - macronutriënten
N/ S/ P/ K/ Ca/ Mg (zie Tabel 91D1)

Weinig nodig - micronutriënten
Zie tabel 91D2










Slide 20 - Slide

opdrachten 20.4
huiswerk volgende les:
opdrachten (20.2) 19 t/m 21, 24 t/m 26 en 28
opdrachten (20.4) 49, 52, 53 en 54

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Link