Nabespreken-laboratoriumuitslagen

Laboratorium bepalingen
1 / 20
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Laboratorium bepalingen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Met welke bepalingen heb je ervaring?

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Mevrouw Yilmaz (42)

Klachten: buikpijn, diarree en vermoeidheid.
Sinds drie dagen heeft ze heftige buikkrampen met bloederige dunne ontlasting. Overige bevindingen ze plast weinig, heeft koorts en een verhoogde bloedsuiker.
  

Voorgeschiedenis: 
Obesitas; Diabetes mellitus type 2;  Obstipatie; Chronische bronchitis


Medicatie:
Metformine 2x daags 500 mg
Movicolon 2x daags 1 sachet
Pulmicort 4x daags 2 pufjes




Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Wat verwacht jij van het HB en Ht van mevrouw Yilmaz?

Slide 4 - Mind map

Het Hemoglobine kan normaal, verlaagd of verhoogd zijn.
  • Veel mensen met IBD hebben last van bloedarmoede en dus een lager hb.
  • Maar het kan ook nog normaal zijn wanneer er geen bloedverlies is.
  • Of zelfs verhoogd zijn wanneer er geen sprake is van bloedverlies maar wel van uitdroging door b.v. veel diarree.
Hematocriet 
Wanneer het hb verlaagd is zal de zorgvrager extra drinken en wordt het plasma verdund. Dit zie je terug in een lager Ht.
Wanneer er sprake is van uitdroging zal dus ook het Ht kunnen stijgen.

De bloedplaatjes of trombocyten zijn bij een chronische ontsteking vaak
A
normaal
B
verhoogd
C
verlaagd

Slide 5 - Quiz

De meest voorkomende oorzaken van thrombocytose zijn ontstekingsprocessen en infecties waardoor het beenmerg tijdelijk meer thrombocyten produceert. Hiervan is ook sprake bij de ziekte van Crohn. 
De BSE of bezinking zal naar verwachting bij mevr. ........zijn
A
normaal
B
verhoogd
C
verlaagd

Slide 6 - Quiz

BSE staat voor bezinkingssnelheid erytrocyten. 
  • De bezinking is een indirecte meting van de ernst van ontsteking in het lichaam. 
  • Het meet eigenlijk het uitzakken van rode bloedcellen in een smal rechtopstaand buisje. Het resultaat is de hoeveelheid millimeter helder plasma dat na één uur bovenop in de buis drijft. 
  • Acutefase-eiwitten kunnen verhoogd zijn bij infecties, auto-immuunziekte en kanker. Normaal zakken rode bloedcellen langzaam uit, maar acutefase-eiwitten en verhoogde concentraties van antistoffen in het bloed zorgen dat de rode bloedcellen sneller naar beneden zakken. Dit zorgt voor een hogere bezinkingssnelheid.
Bij de ziekte van crohn is er meestal sprake van een verhoogde BSE. Hoewel je er niet de ernst van de infectie mee kan bepalen.

BSE staat voor bezinkingssnelheid erytrocyten. 
Meet de snelheid uitzakken van rode bloedcellen 

Slide 7 - Slide

Het meet eigenlijk het uitzakken van rode bloedcellen in een smal rechtopstaand buisje. Het resultaat is de hoeveelheid millimeter helder plasma dat na één uur bovenop in de buis drijft.

Normaal zakken rode bloedcellen langzaam uit, maar acutefase-eiwitten en verhoogde concentraties van antistof antistoffen in het bloed zorgen dat de rode bloedcellen sneller naar beneden zakken. Dit zorgt voor een hogere bezinkingssnelheid.

Het kan verhoogd zijn bij infecties, auto-immuunziekte en kanker
Met welke bepaling kun je zien dat er sprake is van een infectie
A
CRP
B
HBA1c
C
Bilirubine
D
ASAT

Slide 8 - Quiz

  • CRP = een C-reactive proteine of acute fase eiwit die snel stijgt bij een infectie. 
  • Hb1AC= het suikergehalte aan het HB
  • Bilirubine = afbraakproduct van Hb 
  • ASAT =  ASAT staat voor Aspartaat aminotransferase. Komt vrij wanneer hartcellen, levercellen en spiercellen beschadigen. 
CRP - C-reactive protein 
C-reactive protein (CRP) is een acute fase eiwit. Het wordt gemaakt in de lever en wordt een paar uur na ontsteking verspreid in de bloedbaan.

Slide 9 - Slide

C-reactive protein (CRP) is een acute fase eiwit. Het wordt gemaakt in de lever en wordt een paar uur na ontsteking verspreid in de bloedbaan. Verhoogde waarden worden onder andere gevonden na een hartaanval, tijdens infectie en na een chirurgische ingreep. Het niveau van CRP kan plotseling duizend maal verhogen in reactie op een ontsteking en is daarom met name nuttig om de ziekte-activiteit in de gaten te houden. Tevens kan de reactie op therapie gemeten worden door het herstel van de CRP-niveaus te controleren.
Enterohepatische kringloop
Bilirubine = afbraakproduct van hemoglobine. In de lever wordt het gekoppeld aan glucaronzuur waardoor het oplosbaar wordt. Via de gal gaat het naar de darm en wordt uitgescheiden. 

Slide 10 - Slide

Er zijn veel aandoeningen waarbij het bilirubine gehalte in het bloed verhoogd is. Dit wordt ‘hyperbilirubinemie‘ genoemd. Bilirubine is geel van kleur. Bij een verhoging van het bilirubine gehalte in het bloed kan geelzucht ontstaan.
HbA1c 
De afkorting staat voor Hemoglobine A1c. Hemoglobine A1c is een eiwit dat de rode bloedcellen zijn kleur geeft en waaraan suiker is gebonden. Hoe meer versuikerd hoe vaker de bloedsuiker hoog is. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Leucocyten / witte bloedcellen 
Verwachting verhoogd of normaal.
Verhoging zie je  bij acute infectie = 
 afweerfunctie


Slide 12 - Slide

In de rustige fase bij de ziekte van Crohn niet verhoogd. 
Wat verwacht je van de glucose
A
normaal
B
laag
C
hoog

Slide 13 - Quiz

Bloedsuikers kunnen schommelen en aan de hoge kant zijn. Wanneer er echt een darmontsteking is kan dit leiden tot een mate van insuline resistentie.  
Leverenzymen 
ALAT (Alanine-Amino-Transferase)
ASAT (Aspartaat-Amino-Transferase)
LDH (melkzuurdehydrogenase)

Slide 14 - Slide

Leverenzymen zijn eiwitten die chemische reacties in je lichaam versnellen. Het gaat hierbij om het produceren van gal en stoffen die nodig zijn voor de bloedstolling. Maar ook stoffen die nodig zijn het afbreken van voedsel en gifstoffen en het bestrijden van infecties. Veel voorkomende leverenzymen zijn:
ALAT (Alanine-Amino-Transferase)
ASAT (Aspartaat-Amino-Transferase)
LDH (melkzuurdehydrogenase)

Als levercellen beschadigd zijn, lekken er enzymen weg uit de lever. Het resultaat is een verhoogd gehalte van deze enzymen in het bloed. Dus verhoogde leverwaarden.

Bij DM kunnen levercellen beschadigen. 
Wat is het meest waarschijnlijk?
Het Albumine zal
A
normaal
B
lager
C
hoog

Slide 15 - Quiz

De hoeveelheid van een bepaald eiwit, het albumine, kan bij chronische darmziektes verlaagd zijn. Albumine wordt bij ontstekingen gebruikt voor het vormen van acute-fase eiwitten. 
Welke bepalingen vallen onder nierfuncties?
A
Na+ en K+
B
Ureum en creatinine
C
eiwit en glucose
D
Na+ / K+ /Ureum, Creatinine

Slide 16 - Quiz

  • Kreatinine wordt getest om de nierfunctie te berekenen. Vaak wordt bij routine onderzoek ook de nierfunctie meegenomen. Voor veel medicijnen die worden uitgescheiden door de nieren is het van belang op hoogte te zijn van de nierfunctie. Bij een verminderde nierfunctie moet de dosis worden aangepast anders zou een medicijn zich kunnen opstapelen in het bloed.
  • Ureum is een stof die ontstaat in de lever door de verbranding van eiwitten. Bij de verbranding van eiwitten komt het stikstof vrij in de vorm van ureum. Het wordt uit het bloed gefiltreerd door de nieren, een deel wordt daarna weer opgenomen in het lichaam de rest komt in de urine terecht.

  • Natrium en kalium zijn electrolyten. Zeker kalium kan ook verstoord raken bij nierziekten. 
Calcium 
  • Waarschijnlijk normaal
Calcium is een mineraal dat in ons lichaam verschillende functies heeft. Het is betrokken bij de opbouw van bot, speelt een rol bij het samentrekken van spieren en bij stolling.  
Het calciumniveau in ons lichaam wordt gereguleerd door parathormoon (PTH), calcitonine en vitamine D. 

Slide 17 - Slide

Bij patiënten met nierziekten, schildklierafwijkingen, kanker of ondervoeding wordt het calciumgehalte gecontroleerd. Daarnaast wordt bij het testen op osteoporose, het broos worden van de botten, ook vaak het calcium bepaald. 
Vitamine B12
Kan laag zijn door onvoldoende opname van vitamine B12 door verteringstoornissen t.g.v. een chronische darmziekte.

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Welke bijzonderheden hebben jullie gevonden voor ontlastingonderzoek?

Slide 19 - Open question

  • occult bloed waarschijnlijk aanwezig.
  • De ontlasting zelf kan onverteerbare voedselresten bevatten of slijm.
  •  Calprotectine is een ontstekingsremmend eiwit dat vrij komt wanneer bepaalde witte bloedcellen sterven. Bij IBD hopen zich grote hoeveelheden witte bloedcellen op in de darmwand. De gemeten hoeveelheid = calprotectine in de ontlasting komt overeen met het aantal ontstekingscellen in het maag-darmkanaal en kan dus gebruikt worden als maat voor de ernst of activiteit van het ontstekingsproces
 
 
Zijn er nog leervragen?

Slide 20 - Mind map

This item has no instructions