BBL 2 Lesweek 7 Examentraining Opbouw van een tekst

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 2

Wat gaan we vandaag doen?

• Herhalen theorie van de vorige les: beter onthouden!
  
• Je moet vragen kunnen beantwoorden die te maken hebben met de opbouw van de tekst.
• Werken in Examensprint of Lezen 2: Opbouw van een tekst

Tekstdoelen

Een nieuwsbericht heeft als tekstdoel:

1. informeren
2. overtuigen
3. activeren
4. amuseren

Tekstdoel?

1. Informeren
2. Overtuigen
3. Amuseren
4. Activeren/overhalen

Wat is het tekstdoel?

1. De schrijver wil je iets leren of uitleggen (instrueren)
2. De schrijver wil je iets laten doen (activeren)
3. De schrijver wil je amuseren (amuseren)
4. De schrijver wil zijn mening geven (overtuigen)

Tekstdoel?

1. Informeren
2. Overtuigen
3. Overhalen
4. Uitleggen

Tekstdoel?

1. informeren
2. instrueren
3. instructeren
4. amuseren

Bekijk deze

afbeelding

goed....

Voor welke doelgroep is de
advertentie geschreven?

1. Kinderen
2. Ouders
3. Docenten
4. Medewerkers

Waar staat in de tekst het onderwerp?

Waar in de tekst staat de hoofdgedachte?

Waar in de alinea staat de belangrijkste zin?

1. In het midden
2. Meestal aan het begin, soms aan het einde
3. Altijd aan het einde
4. Die kan overal staan

Wat is een deelonderwerp?

1. een onderwerp van een hoofdstuk
2. een aspect van het onderwerp
3. een aspect van het slot
4. een onderwerp van de eerste alinea

Een tekst gaat over orkanen, vulkaanuitbarstingen, aardbevingen en tsunami's.
Wat is het onderwerp?

Examenvragen over de opbouw van een tekst

Wat is de hoofdgedachte?

Examenvragen over de opbouw van een tekst

Examenvragen over de opbouw van een tekst

Aan de slag!

• Lezen 2: oefenen met onderdelen (verkort programma) die     je lastig vindt.

                             of

• Examensprint