Herhaling begrippen

Begrijpend lezen
Herhaling begrippen
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Begrijpend lezen
Herhaling begrippen

Slide 1 - Slide

Leerdoelen:
- Je kent de begrippen die bij begrijpend lezen horen.
- Je kunt de begrippen die bij begrijpend lezen horen toepassen op teksten.

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Link

Waar kijk je naar als je verkennend leest?

Slide 4 - Open question

informeren
amuseren
overhalen/activeren

Slide 5 - Drag question

Welk tekstdoel past er bij een recept?
A
informeren
B
uiteenzetten/uitleg geven
C
overhalen/activeren
D
overtuigen

Slide 6 - Quiz

Publiek

Slide 7 - Mind map

Welk tekstdoel hoort bij de volgende tekst?: Alfabet
Jantje vraagt aan de meester: 'Wat is de laatste letter van het alfabet?' ‘De 'Z', antwoordt de meester. Zegt Jantje: ‘Nee, de laatste letter van "alfabet" is de T!'
A
informeren
B
uiteenzetten/uitleg geven
C
amuseren
D
overtuigen

Slide 8 - Quiz

titel
publiek
bron

Slide 9 - Drag question

Waar vind je de kernzin van een alinea?

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Link

Wat is de kernzin van deze alinea?
"Het apenpokkenvirus grijpt om zich heen. In bijna twee weken tijd zijn in heel Europa tientallen gevallen van het virus gevonden. Ook in Nederland is het eerste geval nu vastgesteld. Maar hoe snel gaat het met dat virus en hoe alert zijn ze op verschillende plekken in de wereld?"

Slide 12 - Slide

Wat is het deelonderwerp van deze alinea?
"Een beerput was een kelder of put die achter de huizen werd aangelegd. Beerputten waren niet alleen de voorlopers van onze huidige wc, zij werden ook gebruikt om huishoudelijk afval in te gooien. Aan de bovenkant was de beerput voorzien van een gewelfje, waardoor het geheel eruit zag als een soort bijenkorf. De beerput werd ingegraven zodat het gewelf net onder de grond zat. Aan de zijkant of aan de bovenkant was een stortkoker gemetseld waar de poep en het huishoudelijk afval doorheen kon vallen of glijden."

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Welk tekstverband geeft het dikgedrukte signaalwoord aan?:
"Een mobiel moet je zien als gereedschap, dat gebruik je alleen als je het nodig hebt", zegt Paul Kirschner. Hij is hoogleraar onderwijspsychologie aan de Open Universiteit. "Een mobiele telefoon wordt niet gebruikt voor de les, maar meestal wordt die op school gebruikt voor het contact met ouders. In de klas heeft hij geen functie. Net zoals je geen boormachine nodig hebt bij aardrijkskundeles, heb je ook geen mobiel nodig."

Slide 15 - Slide

Welk tekstverband geeft het dikgedrukte signaalwoord aan?:
"Verder heeft Forum Groningen een randprogramma opgesteld voor kinderen. Met onder meer een speurtocht geïnspireerd op de rubriek Mickey lost ’t op , workshops stop-motion en een kinderlezing over Donald Duck. Bekijk voor het volledige programma de website: storyworld.nl/donald-duck."

Slide 16 - Slide

Welk tekstverband geeft het dikgedrukte signaalwoord aan?:
"Volgens Wiemers geeft de handeling van Rutte een "volstrekt verkeerd signaal". "Je ziet dat de overheid erg worstelt met openheid van informatie, een Wob-verzoek wordt gemiddeld pas na 161 dagen beantwoord. Daarom is er juist een signaal vanuit de top nodig om te laten zien dat die openheid serieus genomen wordt." "

Slide 17 - Slide

Wat is het verschil tussen hoofd- en bijzaken?

Slide 18 - Open question

Feit of mening?: Krokodillen worden vaak verward met alligators. Desalniettemin zijn dit verschillende dieren, zij het vergelijkbare.
A
feit
B
mening

Slide 19 - Quiz

Feit of mening?: “Zitten kan iedereen, en veel meer dan dat is paardrijden niet”, aldus Amika De La Fayette van Sport Vlaanderen.
A
feit
B
mening

Slide 20 - Quiz

Ben je door deze flexlessen beter geworden in begrijpend lezen?
Ja, ik snap het nu beter.
Ik weet het niet.
Nee, ik vind het nog steeds lastig.

Slide 21 - Poll