3H- venir

• Frans
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

3H2      le 28 mars 2022

Planning

Notez dans ton agenda les devoirs!

lundi 4 avril: laatste les voor proefwerk. Alles herhalen

mardi 5 avril: PW chapitre 5 (alles!)

lundi 11 avril: uitvoering toneelstukjes!

Taak 6/7/8/10 => niet gedaan? Dan morgen in Dalton. 

Maatwerk maandag 7e uur

Maatwerk bij mevrouw de Steur in 311

Week 13: inhaal-luistertoets

week 14 t/m 16: Extra uitleg over de voltooide deelwoorden/werkwoorden. Kans om je cijfer op te halen! 2x aanwezig en oefenen, 3e keer een SO !

Phrases-clés

Hoe zeg je:

1. Ik heb geen mes.

2. Een karaf water, alstublieft.

3. Heeft u nog brood? 

venir = komen

Het beste moet nog komen.

Dat is vandaag het werkwoord venir

Onregelmatig werkwoord

Venir

je viens

tu viens

il/elle vient

on vient

présent

Venir = komen

nous venons

vous venez

ils/elles viennent

Doornemen werkwoorden. Ik zal sommige leerlingen vragen wat de betekenis is.

Venir

• elle vient ce soir
• il vient d'Amsterdam
• nous venons en train
  
  
• Il vient de manger...

présent

Venir = komen

Na uitleg 5 minuten de werkwoorden leren. Ik leg uit dat ze het daarna in een spel nodig hebben.

Venir

il est venu

elle est venue

on est venu

passé composé

Venir = komen

+ être + venu

ils sont venus

elles sont venues

Venir

• elle est venue hier
• ils sont venus à 20h
  

passé composé

Venir = komen

Na uitleg 5 minuten leren. Ik geef aan dat we daarna een spel gaan doen waarbij ze de kennis nodig hebben.

Venir

je viens

tu viens

il/elle/on vient

Venir = komen

nous venons

vous venez

ils/elles viennent

il/elle est venu(e)

ils/elles sont venu(e)s

Doornemen werkwoorden. Ik zal sommige leerlingen vragen wat de betekenis is.

Venir

mix & match

Na uitleg 5 minuten leren krijgen de leerlingen een print. 10 leerlingen krijgen een persoonsvorm en 10 leerlingen krijgen de vervoeging van venir. Ze krijgen een minuut om de juiste match te maken. Als het snel gaat, doen we het nog een keer.

le travail en groupe:

Nakijken 5F (Lire)

Laten overhoren 5G (Phrases-Clés)

Afmaken + nakijken 5H (ww venir)

Deze les moet alles af zijn!!

Tijd over? Ga aan je toneelstukje werken