What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
VWO 3 venir, devenir, revenir
Bienvenue tout le monde!
venir = komen
revenir = terugkomen
devenir = worden
1 / 21
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Bienvenue tout le monde!
venir = komen
revenir = terugkomen
devenir = worden
Slide 1 - Slide
Le verbe "VENIR" (revenir, devenir)
Kijk nog eens goed naar de présent
je viens
tu viens
il/elle/on vient
nous venons
vous venez
ils/elles viennent
Slide 2 - Slide
ik (kom)
A
je vient
B
je viens
C
tu viens
D
elle vient
Slide 3 - Quiz
Jean et Paul (komen)
A
Jean et Paul vient
B
Jean et Paul vennent
C
Jean et Paul viennont
D
Jean et Paul viennent
Slide 4 - Quiz
wij (worden)
A
nous deveniez
B
nous devenions
C
nous devenez
D
nous devenons
Slide 5 - Quiz
wij komen
Slide 6 - Open question
De passé composé
il est VENU / elle est VENU
E
ils sont VENU
S
/ elles sont VENU
ES
Hulpwerkwoord = être.
Pas het voltooid deelwoord aan!!
Slide 7 - Slide
wij (v.) zijn gekomen
Slide 8 - Open question
zij (m.) zijn teruggekomen
A
illes sont revenus
B
ils sont revenus
C
ils ont revenus
D
ils sont revenu
Slide 9 - Quiz
zij (m.) is geworden
A
elle est devenue
B
elle es devenu
C
elle est devenu
D
elle es devenue
Slide 10 - Quiz
De imparfait
nous-vorm van de présent: nous venons: -ons --> + uitgangen
je venais
tu venais
il, elle, on venait
nous venions
vous veniez
ils, elles venaient
Slide 11 - Slide
ik kwam
A
je venait
B
je venai
C
je vienais
D
je venais
Slide 12 - Quiz
wij kwamen
A
vous venions
B
nous veniaient
C
nous venions
D
nous veniez
Slide 13 - Quiz
hij kwam
A
il venait
B
il venai
C
il vienais
D
il venais
Slide 14 - Quiz
jullie werden
Slide 15 - Open question
De futur
stam = VIENDR + uitgangen
je viendrai
tu viendras
il, elle, on viendra
nous viendrons
vous viendrez
ils, elles viendront
Slide 16 - Slide
jij zult terugkomen
Slide 17 - Open question
traduis: zij zullen komen
A
ils viendront
B
elle viendrai
C
il viendra
D
ils viendraient
Slide 18 - Quiz
traduis: wij zullen komen
A
ils viendrons
B
nous viendrons
C
il viendra
D
nous viendrions
Slide 19 - Quiz
traduis: jij zult komen
A
tu viendront
B
elle viendrai
C
tu viendras
D
tu viendra
Slide 20 - Quiz
Questions?
Slide 21 - Open question
More lessons like this
A3- week 1 les 1 Groep (venir)( Devenir) ( Revenir)
February 2021
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Grammaire chapitre 2 (3 havo)
December 2020
- Lesson with
26 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
(de)(re)venir + passé composé être/avoir
December 2020
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 3
H3 WW Chapitre 2
March 2022
- Lesson with
41 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Venir
May 2023
- Lesson with
18 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
A3 WW Chapitre 2
March 2022
- Lesson with
42 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Venir
September 2024
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
venir en devenir
February 2022
- Lesson with
11 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3